content

Infectieziekten Bulletin: september 2015, jaargang 26, nummer 7

Nieuwe richtlijnen

Norovirusinfectie

Dit is de volledige herziening van de richtlijn Calicivirus. De belangrijkste veranderingen in de nieuwe richtlijn zijn:

  • Paragraaf 5 Desinfectie is herzien en aangevuld op basis van gevonden evidence en best-practice.
  • Gebruik ademhalingsbeschermingsmasker: minimaal FFP1
  • Handhygiëne: alleen handreiniging, niet handdesinfectie. Na handschoengebruik de handen wel desinfecteren met handalcohol indien er geen water en zeep beschikbaar is. Bij patiëntcontact zonder handschoenen (voor en na contact) bij zichtbaar verontreinigde handen en na eigen toiletgebruik de handen wassen met water en zeep.
  • Kleding wassen bij een watertemperatuur ≥ 40 graden. Extreem vervuild wasgoed bij voorkeur weggooien
  • Desinfectie blijft met chloor 1000 ppm parts per million (parts per million)-oplossing. Kleine oppervlakken alleen reinigen en desinfecteren, niet meer naspoelen. Eindschoonmaak alleen wanneer er een nieuwe groep mensen op een locatie komt (bijv. bij cruiseschepen en hotels). Ruimten vernevelen met een waterstofperoxideoplossing is effectief. Het kan overwogen worden bij een eindschoonmaak.
  • Preventiemaatregelen blijven hanteren tot minimaal 60 uur (maximale incubatietijd) na het stoppen van de klachten bij de laatste patiënt. Om pragmatische redenen kan gekozen worden voor 3 dagen (72 uur).
  • Paragraaf 9.5 Wering: werkhervatting na 48-72 uur is veranderd in werkhervatting na herstel, mits goede hygiëne.
  • De paragrafen voor werknemers zijn herschreven.
     

Aangepaste richtlijnen

Rabiës

In paragraaf 10.2 is toegevoegd: Indien alleen vaccinatie geïndiceerd is (zonder MARIG Menselijk Anti Rabiës Immunoglobuline (Menselijk Anti Rabiës Immunoglobuline)), kan het vaccin besteld worden bij Europort Pharmaceuticals BV, Rotterdam: 010-4771728 (buiten kantoortijden de voicemail afluisteren voor het 06-nummer voor spoedbestellingen).
 

Erythema Infectiosum | Staphylococcus Aureus inclusief MRSA | Scabiës

In deze richtlijnen is de informatie over declareerbare zorg aangepast. In paragraaf 9.4 is de vergoedingsregeling voor immunisatie opnieuw beschreven.
 

CMV-infectie

De richtlijn is volledig herzien en bevat uitgebreide arboparagrafen. De algemene preventieve maatregelen zijn als volgt omschreven: In een thuissituatie met jonge kinderen is overdracht van CMV moeilijk te vermijden maar door goede handhygiëne kan de expositie verminderd worden, dit omdat besmetting voornamelijk via de slijmvliezen verloopt. Het advies aan zwangere vrouwen om transmissie tegen te gaan is:  

  • een goede handhygiëne bij contact met speeksel en urine van jonge kinderen;
  • contact met speeksel van jonge kinderen vermijden door geen voedsel, bestek en bekers te delen.
     

Groep A Streptokokkeninfectie (GAS)

Er zijn wijzigingen in de volgende paragrafen:

  • Ziekteverschijnselen acute poststreptokokkenglomerulonefritis:
    Acute poststreptokokkenglomerulonefritis wordt in Nederland zelden gezien. De combinatie acuut reuma en acute glomerulonefritis is nog zeldzamer.
  • Contactonderzoek roodvonk:
    Als in een klas roodvonk epidemisch voorkomt - meer dan 3 microbiologisch bevestigde infecties in 1 maand - moeten er in de klas kweken worden afgenomen bij kinderen wier huid aan het vervellen is (dit zijn vrijwel altijd niet behandelde kinderen die drager zijn) en bij kinderen met evidente streptokokkeninfecties, zoals impetigo en faryngitis. Op het RIVM kan typering van de streptokok gedaan worden. Het materiaal dient na telefonisch overleg met en via het streeklaboratorium te worden aangeboden. Typering kan de relatie tussen de patiënten bevestigen (1 type) of uitsluiten (verschillende typen). Bovendien kan de typering aantonen of er sprake is van een stam die vaker complicaties veroorzaakt.
    Om een eind te maken aan doorgaande transmissie kan het soms zinvol zijn om deze kinderen te behandelen. Overweeg behandeling in elk geval bij een cluster van roodvonk waarbij 1 of meer kinderen glomerulonephritis of acute reuma krijgen of bij een cluster waarbij meer dan een derde van de kinderen in de klas ziek is.
  • Profylaxe roodvonk:
    Chemoprofylaxe is niet nodig voor contacten. Het is aan te bevelen huisartsen te informeren indien de GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke Gezondheidsdienst) besluit kinderen te behandelen bij een cluster van roodvonk (zie contactonderzoek bij roodvonk), en het advies te geven niet alleen alle kinderen met roodvonk, maar tijdelijk ook kinderen met acute keelpijn te behandelen.
     

Hepatitis B

In paragraaf 4.2 Besmettingsweg is de informatie over overdracht via speeksel is geactualiseerd.
 

Virale hemorragische koorts Filovirussen (ebola, marburg)

Vanaf april 2014 tot mei 2015 waren er in de richtlijn en bijlagen doorlopend wijzigingen en aanvullingen.
 

Campylobacter-infecties | Rotavirusinfectie | Salmonellose | Giardiasis | Cryptosporidiose

Aan paragraaf 9.5 is een arbotekst voor voedselbereiders en verplegend personeel toegevoegd.
 

Herpessimplexvirusinfectie

In paragraaf 2.5 is aan de risicogroepen voor een ernstig beloop toegevoegd de groep patiënten met constitutioneel eczeem.
 

Poliomyelitis anterior acuta

Er zijn grote wijzigingen opgenomen in paragraaf 2.6 Immuniteit (gegevens Pienterstudie), in paragraaf 6.3 Voorkomen in Nederland (relevante praktisch informatie over epidemieën) en hoofdstuk 8 Primaire preventie (verschillende vaccins, schema’s en beschermingsduur).
 

Tetanus

De bijlage Stroomschema tetanusvaccinatie bij wonden is in bewerking.
 

Waterpokken en gordelroos

Paragraaf 4.2 Besmettingsweg is gedetailleerder beschreven:

De besmetting met varicellazostervirus verloopt via druppels op korte afstand en aerogeen via druppelkernen (aerosolen) op grotere afstand. Deze druppels of druppelkernen van een patiënt komen in aanraking met de slijmvliezen van een ander persoon. Besmetting is ook mogelijk door direct (slijmvlies-)contact met de inhoud van de blaasjes van een patiënt met waterpokken of gordelroos.
 

Nieuwe draaiboeken

Generiek Draaiboek

Het draaiboek beschrijft de algemene werkwijze van crisisbeheersing, werkprocessen, technieken (zoals afname van materiaal voor diagnostiek) en verwijzingen naar richtlijnen en procesdraaiboeken voor aanvullende informatie, tijdens (grootschalige) uitbraken.
 

Partnermanagement bij soa/hiv

In dit draaiboek staan handvatten voor professionals voor partnermanagement na een soadiagnose. Partnermanagement is het proces van waarschuwen, testen en behandelen van een cliënt met een soa seksueel overdraagbare aandoening (seksueel overdraagbare aandoening) en zijn/haar seksuele partner(s).
 

Aangepaste toolkits

Aangepaste Informatiestandaarden Infectieziekten