Samenvatting

Het is niet duidelijk welke preventieve interventies kunnen bijdragen aan het verminderen van de gezondheidsachterstand van mensen met een lage sociaaleconomische status (ses) en derhalve brede implementatie verdienen. Onderzoek van het RIVM laat zien dat het inzicht in effecten van preventieve interventies bij mensen met een lage ses beperkt is. De gezondheid van mensen met een lage ses is over het algemeen slechter dan de gezondheid van mensen met een hoge ses. Dit kan deels worden verklaard door het vaker voorkomen van risicofactoren bij mensen met een lage ses, zoals ongunstige woon- en werkomstandigheden, ongezonde leefstijl en werkloosheid. Andersom kan een slechtere gezondheid ook leiden tot een slechtere maatschappelijke positie. Voor het onderzoek dat in opdracht van het ministerie van VWS is uitgevoerd, heeft het RIVM de effecten van preventieve interventies op de gezondheid van lage ses groepen in kaart gebracht. Van 100 van de 314 bestudeerde interventies was informatie beschikbaar over effectiviteit. Bij slechts vijftien interventies waren de effecten onderscheiden naar ses. Hieruit komt geen eenduidig beeld naar voren: bij zes interventies was er geen verschil in effecten voor mensen met een lage en mensen met een hoge ses. Vier interventies toonden een kleiner of geen effect bij mensen met een lage ses, terwijl bij vijf interventies juist sprake was van grotere effecten bij mensen met een lage ses ten opzichte van mensen met een hoge ses. Om meer zicht te krijgen op welke preventieve interventies ook en vooral effectief zijn bij mensen met een lage ses, bevelen we aan in effectstudies ook ses-specifieke analyses uit te voeren. Daarnaast achten wij het gezien de bestaande gezondheidsachterstand bij lage ses groepen, wenselijk dat er meer specifiek voor deze doelgroep ontwikkelde preventieve interventies worden aangeboden.

Resterend

Grootte
418KB