Go to abstract

Samenvatting

Klimaatverandering kán de volksgezondheid beïnvloeden. De consequenties daarvan kunnen onder bepaalde omstandigheden groot zijn. Zo kunnen hittegolven, die meer ziekte- en sterfgevallen tot gevolg hebben, vaker voorkomen en vorstperioden juist minder vaak. Ook is het mogelijk dat het hooikoortsseizoen langer duurt en kunnen nieuwe ziekten en plagen ontstaan. Om hier beleidsmatig gericht op in te kunnen spelen, is het belangrijk om veranderingen goed te volgen. Uit onderzoek van het RIVM blijkt dat de bestaande monitoring en kennis over onderliggende processen moet worden versterkt. Burgers kunnen zelf ook maatregelen nemen om beter om te gaan met de effecten van klimaatverandering. De overheid zou burgers hierover moeten informeren, bij voorkeur per doelgroep. Een goed voorbeeld is het hitteplan dat ouderen tijdens een hittegolf moet stimuleren voldoende te drinken en zich niet te warm te kleden. Verder is het van belang klimaatmaatregelen te combineren met andere maatregelen, omdat deze kunnen bijdragen aan een verbetering van de leefomgeving, zoals meer groen in de stad. Vooral ouderen en mensen met luchtwegaandoeningen of hart- en vaatziekten blijken gevoelig voor extreme warmte tijdens hittegolven. Vaak overlijden zij eerder omdat hun gezondheidsklachten verergeren door de hitte; er zijn circa 13% meer sterfgevallen tijdens een hittegolf. Het effect van hitte is groter in stedelijke gebieden, omdat deze extra opwarmen en 's nachts minder afkoelen. Of sterfte afneemt door zachtere winters is nog onduidelijk. Door klimaatverandering kan de blootstelling aan pollen en huismijt via de lucht toenemen. Door hogere temperaturen bloeien planten en bomen eerder en kunnen nieuwe soorten, zoals de sterk allergene Ambrosia, zich in Nederland vestigen. Hierdoor kan het pollenseizoen langer duren - in 2050 misschien zelfs een groot deel van het jaar - en kunnen klachten ernstiger zijn. Naar schatting kan het medicijngebruik voor hooikoortsklachten dan verdubbelen. De luchtkwaliteit versterkt deze hittestress en allergieklachten. Beleidsmaatregelen zouden erop gericht moeten zijn de luchtkwaliteit te verbeteren. Klimaatverandering is een van de vele factoren die invloed heeft op de mate waarin infectieziekten voorkomen, maar onduidelijk is hoe die factoren zich tot elkaar verhouden. Volgens sommigen zijn maatschappelijke en economische factoren, zoals internationalisering, veel bepalender. Een uitbraak van een infectieziekte kan een grote maatschappelijke impact hebben. Een sterke monitoring is daarom van groot belang om tijdig te kunnen ingrijpen.

Abstract

Climate change can affect public health. In certain circumstances, the consequences could be significant. Heatwaves, which are marked by a higher incidence of disease and increased mortality, may become more frequent. Periods of sub-zero temperatures may become less common. It is possible that the hay fever season will be extended, and that new diseases or other risks to public health emerge. If government policy is to respond to climate change effectively, it is important that all developments are closely monitored. A study conducted by RIVM concludes that the current monitoring system must be updated and improved, as must knowledge about the processes which underlie the effects of climate change.

Citizens can take measures themselves, which will help to offset the adverse effects of climate change. It falls to the government to inform the public about those measures, preferably tailoring the message to each target group. One example of government communication is the 'Heat Plan', which encourages the elderly to drink plenty of fluids during exceptionally warm weather and to dress appropriately. It is also important to combine climate measures with those in other policy areas. Introducing more greenery to the urban environment, for example, will not only offset the effects of climate change but will create a more pleasant human environment.

Senior citizens and people who suffer from respiratory or cardiovascular conditions are particularly susceptible to extreme temperatures. During a heatwave, mortality rises by approximately 13 per cent, largely due to the aggravation of pre-existing conditions. The effect of extreme temperatures is greater in the urban areas, which retain more heat by day and lose less heat at night. It is not yet clear whether milder winters will reduce mortality.

Climate change may also increase exposure to airborne allergens such as pollen and dust mites. Higher temperatures could encourage trees and plants to bloom earlier in the year, and may allow the establishment of new species such as the highly-allergenic ragweed in the Netherlands. The hay fever season will then be longer - perhaps extending through much of the year by 2050 - and the symptoms experienced by sufferers even more marked. It has been suggested that the use of medicines to manage those symptoms will double. Heat stress and allergic reactions will be exacerbated by air pollution. Government policy should therefore devote attention to improving air quality.

Climate change is just one of many factors which can influence the incidence and prevalence of infectious diseases. It is not yet clear how these factors relate to each other. Some researchers believe that social and economic factors, such as globalization, are of greater significance. An outbreak of an infectious disease can have a serious societal impact. It is therefore essential to respond to potential threats promptly, and this demands effective monitoring.

Resterend

Grootte
1.5MB