Voor kinkhoest lopen vaccinstudies waarmee het RIVM onderzoekt hoe goed op langere termijn de bescherming is van een extra vaccinatie op latere leeftijd. Daarnaast onderzoekt het RIVM de mogelijkheden van indirecte bescherming van kinderen in hun eerste levensjaar, mogelijke verbetering van het vaccinatieschema, oorzaken van vaccinfalen en bijwerkingen van het vaccin. 

Geheugenimmuniteit na vaccinatie tegen kinkhoest - film

Kinkhoest noemen ze ook wel de 100 dagen hoest.
Door te hoesten kun je een ander besmetten met de kinkhoestbacterie.

Als je besmet bent, word je na twee weken verkouden.
Daarna krijg je koorts en erge hoestbuien.

Voor baby’s is kinkhoest gevaarlijk.
Van het hoesten raken ze zo uitgeput dat ze moeite krijgen met ademhalen.

De longen kunnen onherstelbaar beschadigen en door zuurstoftekort kan blijvende hersenbeschadiging ontstaan.
Antibiotica helpen in de eerste weken alleen tegen de koorts, maar werken niet tegen de lang aanhoudende hoestklachten.

De laatste 20 jaar komt kinkhoest weer meer voor.
Dat komt omdat de bacterie is veranderd, waardoor het vaccin minder goed werkt.

Kinderen krijgen in hun eerste jaar vier keer een inenting en in hun vierde jaar nog eentje.
Ook zwangere vrouwen kunnen als zij dit willen ingeënt worden.

Dan is hun baby ook in de eerste weken na de geboorte beschermd.

Meer weten? Kijk op www.rijksvaccinatieprogramma.nl