|   print

Levensloop en zorgkosten. Zorg voor euro's-7
[ Health care utilization in the last years of life ]
 
Wong A, Kommer GJ, Polder J

42 p in Dutch   2008

RIVM rapport 270082001
download pdf (1249Kb)  

Toon Nederlands

English Abstract

 

RIVM - Bilthoven - the Netherlands - www.rivm.nl

Display English

Rapport in het kort
De gezondheidszorg komt dagelijks in het nieuws. Vaak gaat het dan over de zorguitgaven. Want er wordt wel gezegd dat die onhoudbaar zijn als de bevolking vergrijst, en dat daardoor ook de solidariteit onder druk komt te staan.
Dit rapport nuanceert het gangbare beeld. Aan de hand van nieuwe gegevens over het zorggebruik van individuele personen wordt een beeld geschetst van de zorguitgaven over de levensloop. Deze uitgaven betreffen de intramurale ziekenhuiszorg en de ouderenzorg, bestaande uit thuiszorg (inclusief huishoudelijke verzorging), verpleeghuizen en verzorgingshuizen. Uitgaande van 2003 als peiljaar gaat het om 37,4% van de totale zorguitgaven.
Ziekenhuiszorg: Nederlander is solidair met zichzelf in de toekomst. Ieder jaar wordt ongeveer 10% van de bevolking in het ziekenhuis opgenomen, en een klein deel van deze patienten veroorzaakt hoge tot zeer hoge kosten. Daardoor zijn de ziekenhuiskosten erg scheef over de bevolking verdeeld. Over de levensloop gemeten is die ongelijkheid echter veel geringer. Dat heeft twee oorzaken. Ten eerste wisselt de groep kleingebruikers van jaar tot jaar van samenstelling. In een periode van tien jaar heeft al ongeveer de helft van de bevolking in het ziekenhuis gelegen, en over de gehele levensloop maakt nagenoeg iedereen gebruik van ziekenhuiszorg. Ten tweede bestaat de groep mensen met zeer hoge ziekenhuiskosten voornamelijk uit mensen die aan het einde van hun leven zijn gekomen. Comorbiditeit, het hebben van meer dan een ziekte tegelijk, speelt daarbij een grote rol. Omdat voor iedereen een keer het laatste levensjaar aanbreekt, zijn de ziekenhuiskosten ook hierdoor veel minder scheef over de bevolking verdeeld dan men op basis van een enkel kalenderjaar zou concluderen. Nederlanders zijn dus niet alleen solidair met hun zorgbehoevende medemensen, maar ook met zichzelf in de toekomst.
Ouderenzorg: mannen zijn solidair met vrouwen. Ook in de ouderenzorg valt het grootste deel van de uitgaven in de laatste levensjaren. Maar, anders dan in de ziekenhuiszorg, zijn er ook heel veel mensen die nooit in een verpleeghuis of verzorgingshuis worden opgenomen en ook nauwelijks tot geen gebruik maken van thuiszorg. Dit geldt met name voor mannen. Vrouwen gebruiken uiteindelijk wel allemaal thuiszorg en meer dan de helft komt ook in een verpleeghuis of verzorgingshuis terecht. Het verschil tussen mannen en vrouwen blijkt vooral het gevolg te zijn van hun verschillende levensverwachting. Gemiddeld leven vrouwen langer dan mannen, waardoor ze verhoudingsgewijs vaker alleenstaand zijn en eerder zijn aangewezen op formele zorg. Vrouwen zijn dus solidair in het geven van mantelzorg die ze zelf niet ontvangen, en mannen in het financieren van de formele zorg die ze zelf niet nodig hebben.
Ziekenhuiszorg: het dure laatste levensjaar wordt uitgesteld. Door de vergrijzing nemen de zorgkosten toe. Er komen immers steeds meer oudere mensen, en juist oudere mensen gebruiken veel zorg. Op basis van eenvoudige demografische vooruitzichten wordt daarom wel gewaarschuwd voor exploderende zorgkosten. Het verhaal is echter genuanceerder. Dat komt omdat er meer demografische veranderingen zullen optreden. Er is immers sprake van een dubbele vergrijzing. De verwachting is dat de levensverwachting verder zal toenemen. Omdat de meeste kosten in het laatste levensjaar vallen, leidt dit tot uitstel van zorguitgaven. Daardoor vallen de vergrijzingslasten lager uit dan gewoonlijk wordt berekend. Dit geldt met name in de ziekenhuiszorg. Een verdere afvlakking van de kostenontwikkeling zou kunnen volgen als compressie van morbiditeit ook leidt tot een reductie van zorgkosten. Speciale aandacht daarbij verdient de vermindering van comorbiditeit. Het hebben van meer dan een ziekte leidt namelijk tot substantieel hogere zorgkosten, zowel in het laatste levensjaar als aan de jaren die daaraan voorafgaan.
Ouderenzorg: levensverwachting van mannen vermindert vergrijzingslasten. Door de vergrijzing zullen de uitgaven voor ouderenzorg op zijn minst dubbel zo hard stijgen als de uitgaven voor ziekenhuiszorg. Pas na 2040 zwakt de uitgavenontwikkeling af. Tenminste, zolang wordt uitgegaan van eenvoudige toekomstbeelden die alleen rekening houden met leeftijd en geslacht. Ook in de ouderenzorg zijn echter nog meer demografische factoren van belang. Het gaat dan niet om hoge kosten in het laatste levensjaar. Die zijn er wel, maar bij de oudste bevolkingsgroepen die het meest gebruik maken van ouderenzorg, wijken de kosten van overledenen veel minder af dan in de ziekenhuiszorg. Juist bij de hoogste leeftijdsgroepen wordt een sterke toename van de kosten waargenomen. Waar het wel om gaat is dat mensen met een partner verhoudingsgewijs veel minder zorg gebruiken dan alleenstaanden. Dat geldt niet alleen voor de thuiszorg, ze worden ook minder opgenomen in een verpleeghuis of verzorgingshuis. Omdat in de komende decennia de levensverwachting van mannen meer toeneemt dan die van vrouwen, zullen er naar verhouding veel minder alleenstaande vrouwen zijn dan nu het geval is. Meer vrouwen zullen nog een partner hebben waardoor ze minder afhankelijk zijn van formele zorg. Het CBS verwacht dan ook dat er in de periode tot 2020 aanzienlijk minder vrouwen in een verpleeghuis of verzorgingshuis zullen verblijven en dat ook het beroep op thuiszorg zal afnemen. De uitgaven voor ouderenzorg zullen daardoor veel minder hard stijgen dan vaak wordt voorgerekend. In de periode tot 2020 halveert de jaarlijkse groeivoet, en het effect blijft in de volgende decennia goed merkbaar in substantieel lagere kosten in vergelijking met de traditionele berekeningen.
Conclusie
Voor het eerst zijn voor Nederland de zorgkosten op persoonsniveau diepgaand geanalyseerd. Dit is een vruchtbare exercitie gebleken. Er zijn belangwekkende nieuwe inzichten naar voren gebracht die betekenis hebben voor de grote beleidsthema's in de gezondheidszorg. In een vergrijzende samenleving zijn solidariteit en de ontwikkeling van de zorgkosten erg belangrijk. Dit rapport toont aan dat zowel de solidariteit als de zorgkosten houdbaarder zijn dan doorgaans wordt gedacht.

 

RIVM - Bilthoven - Nederland - www.rivm.nl
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM
( 2008-07-17 )