|   print

[  ]
 
Wee GP van

331 p in Dutch   1995

Toon Nederlands

English Abstract
In 1989 three government offices, located in The Hague and Dordrecht were relocated to one central office in Rotterdam. In 1994 (four and a half year after this relocation) research on the medium term effects on employees was carried out. This report describes the results. Analysis show that more than 50% of the employees did not move nor changed job. Almost 25% moved and did not change job. About 15% of the employees changed jobs, (of which about half moved and the other half did not move. 4% stopped working. After the office relocation travel distances and times have increased. This increase differs between groups of employees (move/no move ; change of job/no change of jobs). The 'moving behaviour' (move/no move) and the 'job behaviour' (change of job/no change of job) is significantly related to person and household variables such as age, household size and income increase and to distance variables such as the distance between the new office and residential locations and the increases in home-work distance (in case of no move or change of jobs). Besides, loglineair analyses show that many person, household and distance variables interact. When in a land use/transport scenario study firms are relocated over 15-25 kilometres, the effects on residential location of employees - and thus mobility effects - should be considered. Effects of employees changing jobs on the overall mobility level are not very important. Finally the analyses show that distances calculated with a network are more useful than airline distances: network distances are more often significantly related to the behaviour of employees.

 

RIVM - Bilthoven - the Netherlands - www.rivm.nl

Display English

Rapport in het kort
Het rapport beschrijft een onderzoek naar de reacties van werkenden op de verplaatsing van een bedrijf over circa 20 km. Ruim de helft van de werkenden is 4,5 jaar na de bedrijfsverplaatsing niet van werkgever veranderd en niet verhuisd. De overige werkenden zijn verhuisd en/of van werkgever veranderd of gestopt met werken. De wijze waarop werkenden reageren op een bedrijfsverplaatsing hangt samen met diverse persoons- en huishoudensgebonden kenmerken (zoals leeftijd en huishoudensgrootte), en met kenmerken van het verkeers- en vervoersysteem (zoals afstanden en reistijden tussen diverse woon- en werklocaties). Er worden in Nederland periodiek ruimtelijke inrichtingsvarianten voor (een deel van) Nederland opgesteld, met als doel de mobiliteitsconsequenties ervan vast te stellen. Indien in dergelijke studies wordt verondersteld wordt dat bedrijven worden verplaatst, dient expliciet rekening te worden gehouden met de reacties van werkenden op de bedrijfsverplaatsingen.

 

RIVM - Bilthoven - Nederland - www.rivm.nl

( 1995-11-30 )