|   print

Population-attributable risks and the health of the Dutch population
[ Populatie attributieve risico's ]
 
Verschuren WMM, Achterberg PW, Bijnen FCH, Bueno de Mesquita HB, Feskens EJM, van Leer EM, Peeters PHM, Seidell JC, Smit HA, Verkleij H

33 p in English   1995

RIVM Rapport 431501008
download pdf (1227Kb)  

Toon Nederlands

English Abstract
In this report population-attributable risks (PARs) are reported, which quantify the contribution of several determinants (lifestyle factors such as smoking, alcohol consumption, physical activity and dietary factors, as well as biological risk factors such as total serum cholesterol, HDL-cholesterol, blood pressure, glucose tolerance and body mass index) to mortality from a number of chronic diseases (coronary heart disease, stroke, COPD, diabetes and some forms of cancer). Relative risks and prevalences of risk factors are needed for calculations of PAR's. Relative risks were taken from the international literature and risk factor prevalences (mainly for the age range 20-59 years) were derived from the 1987-1991 Dutch Monitoring Project on Cardiovascular Disease Risk Factors. Some important assumptions and difficulties in calculating and interpreting the PAR's and PAR like measures are summarized in chapter 2. Chapter 3 contains a description of PAR calculations for a series of determinants, later summarized (chapter 4) from the viewpoints of both diseases and determinants. PAR's for individual determinants ranged from 10 to 90 percent. From a Public Health point of view, intervention in a determinant which has a moderately strong influence one or more frequently occurring diseases, will lead to more gain in health than intervention in a determinant which has a strong influence on a rare disease. From the results it is clear, that cigarette smoking is the determinant causing the greatest health loss: the prevalence of cigarette smoking is still high (about 40 percent in men and women aged 20-59 years) in the Netherlands. Cigarette smoking influences mortality from a number of indicators (cancer of the lung, larynx, oral cavity and oesophagus, coronary heart disease, stroke and chronic respiratory disorders). Coronary heart disease has the largest number of determinants for which it was possible to calculate PARs. The general conclusion is that for the health problems mentioned in the Netherlands a substantial health gain is at least theoretically possible. As a large part of these risk factors are made up of life style factors there are important individual and collective choices involved in trying to further improve the health status of the Netherlands. The PARs calculated here for the individual determinants are a simplification of reality, because interactions between determinants have not been taken into consideration. Mathematical models are now being constructed which take these interactions into account. In addition, more attention will have to be paid to the health gains that may be achieved in old age.

 

RIVM - Bilthoven - the Netherlands - www.rivm.nl

Display English

Rapport in het kort
Dit rapport gaat over populatie attributieve risico's (PAR's) die de bijdrage van verschillende risicofactoren (leefstijlfactoren, zoals roken, alcoholconsumptie, lichamelijke activiteit, en voeding, alsmede biologische factoren, zoals totaal serum cholesterol, HDL-cholesterol, bloeddruk, glucosetoleratie, en lichaamsgewicht naar lengte) aan mortaliteit ten gevolge van een aantal ziekten (coronaire hartziekten, beroerte, CARA, diabetes, en sommige vormen van kanker) kwantificeren. Relatieve risico's en prevalenties van risicofactoren zijn nodig om PAR's te berekenen. Relatieve risico's zijn ontleend aan de internationale literatuur en prevalenties van risicofactoren (voornamelijk in de leeftijdsklasse van 20-59 jaar) zijn ontleend aan het MONITORING project 1987-1991. In hoofdstuk twee worden belangrijke aannamen en problemen voor het berekenen van PAR's en PAR-achtige maten uiteengezet. Hoofdstuk drie bevat een beschrijving van PAR berekeningen voor een aantal determinanten, later samengevat in hoofdstuk vier vanuit het perspectief van zowel ziekten als determinanten. PAR's voor individuele determinanten varieerden van 10 tot 90%. Vanuit volksgezondheidsperspectief levert ingrijpen in een determinant met een matige tot grote invloed op een of vaak voorkomende ziekten, meer winst op dan interventie op een determinant met een grote invloed op een betrekkelijk zeldzame ziekte. Het roken van sigaretten blijkt het grootste gezondheidsverlies te bewerkstelligen: de prevalentie van roken is in Nederland hoog (40% van de mannen en vrouwen van 20-59 jaar). Het roken van sigaretten beinvloedt de mortaliteit van een aantal indicatoren (longkanker, keelkanker, slokdarmkanker, coronaire hartziekten, beroerte, en CARA). Coronaire hartziekten heeft het grootste aantal determinanten waarvoor PAR's konden worden berekend. De algemene conclusie is dat er voor genoemde gezondheidsproblemen in Nederland, althans theoretisch, nog een aanzienlijke gezondheidswinst is te boeken. Aangezien een groot gedeelte van de risicofactoren bestaat uit leefstijlfactoren, zijn er belangrijke individuele en collectieve keuzeproblemen met een verdere verbetering van de volksgezondheid gemoeid. De PAR's berekend voor individuele determinanten zijn een vereenvoudiging van de werkelijkheid, omdat interacties tussen determinanten niet in de beschouwing zijn opgenomen. Wiskundige modellen worden thans ontworpen om deze interacties wel in de beschouwing te betrekken. Ook zal meer aandacht worden besteed aan gezondheidswinst te behalen op hoge leeftijd.

 

RIVM - Bilthoven - Nederland - www.rivm.nl
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM
( 1995-01-31 )