|   print

Modelling radon transport in Dutch dwellings
[ Modelering van het transport van radon in Nederlandse woningen ]
 
Janssen MPM, de Vries L, Phaff JC, van der Graaf ER, Blaauboer RO, Stoop P, Lembrechts J

56 p in English   1998

RIVM rapport 610050005
download pdf (2858Kb)  

Toon Nederlands

English Abstract
Radon concentrations and external exposure by nuclides of the U-238 decay chain were quantified for a typical Dutch townhouse using a series of interconnected computer models. The effect is studied of changes in parameter values which have simulated changes in building practices over the past decades. Three groups of parameters were distinguished: 1) the air-tightness of the building shell and the distribution of leaks over outer walls and ground floor, 2) the radon-relevant characteristics of the building materials, and 3) those characterising 'habits of the occupant', such as changing mechanical ventilation rate and opening of air inlets or doors. The relative importance of increased air-tightness and of substitution of concrete by other building materials in new dwellings is illustrated. On average changes in building practices clearly enhanced the radon concentration in the living room without affecting external exposure. In new, airtight dwellings the relative effect of occupant behaviour is demonstrated as considerably larger than in old ones.

 

RIVM - Bilthoven - the Netherlands - www.rivm.nl

Display English

Rapport in het kort
Met aan elkaar gekoppelde computermodellen zijn de radonconcentraties en externe bestraling door nucliden van de U-238-reeks in een representatieve tussenwoning berekend. Er is een analyse gemaakt van het effect van wijzigingen in parameterwaarden die veranderingen in bouwpraktijk gedurende de laatste decennia simuleren. Er zijn drie groepen parameters onderscheiden: 1) de luchtdichtheid van de bouwschil en de verdeling van luchtlekken over buitenmuren en begane grondvloer, 2) de radonrelevante kenmerken van de bouwmaterialen, en 3) parameters die bewonersgedrag karakteriseren, zoals debiet van het mechanische ventilatie-systeem en het openen van ventilatieroosters en deuren. Het relatief effect van de toegenomen luchtdichtheid en van het gebruik van beton in plaats van andere bouwmaterialen bij nieuwbouw wordt toegelicht. Vergeleken met vroeger zal de huidige bouwpraktijk gemiddeld genomen leiden tot hogere radonconcentraties in de woonkamer, maar de externe bestraling nauwelijks beinvloeden. In nieuwe luchtdichte woningen is de invloed van bewonersgedrag op de radonconcentratie relatief veel groter dan in oude woningen.

 

RIVM - Bilthoven - Nederland - www.rivm.nl
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM TNO-Bouw KVI
( 1998-12-17 )