|   print

Monitoring van dioxinen in koemelk in Zeeuws-Vlaanderen
[ Monitoring of dioxin levels in cow's milk in Zeeuws-Vlaanderen ]
 
Hijman WC, den Hartog RS, den Boer AC, Hoogerbrugge H, Baumann RA

16 p in Dutch   2001

RIVM Rapport 639102021
download pdf (240Kb)  

Toon Nederlands

English Abstract
In 1196/1997, the Belgian government measured dioxin levels in cow's milk from dairy farms in the neighborhood of a metal reclamation plant in Zelzate above the Belgian standard of 5 pg (i) TEQ/g of milkfat. In the same period they measured high dioxin emissions at the metal reclamation plant concerned. Predictions by the dioxin chain model in the basis of the emissions didn't exclude a exceeding of the Dutch standard of 6 pg (i) TEQ/gram milkfat for cow's milk from diary farms on the Dutch side of the border. Therefore, the Dutch government decided to start a monitoring program to measure the dioxin levels in cow's milk from two selected diary farms in the neighborhood of Sas van Gent, 5 km North-east of the metal reclamation plant, on a monthly basis. In the period October 1998 - June 2000 dioxin levels in cow's milk from these two diary farms were measured. None of the values exceeded the Dutch standard. The highest levels were measured at the start of the monitoring program; 3.0 +/- 0.2 and 5.1 +/- 0.3 pg (i)-TEQ/g milkfat, for the two farms respectively, in October 1998. During the same period, October-December 1998, the dioxin levels of consumers milk, sampled on a monthly basis were monitored. The samples were collected per region of the Netherlands (North, East, South and West). The measured dioxin levels in this period resulted in a background level of 0.5-0.8 pg (i)-TEQ/g of fat. At the end of the period, in June 2000, dioxin levels were decreased to a level round 1 pg (i) TEQ/g of fat. These values are in the same order of magnitude as the back ground level of 0.3-0.4 pg (i) TEQ/g of fat found for consumers milk in the second quarter of 2000. It can be concluded that the measures taken by the metal reclamation plant, imposed by the Belgian government, presumably have led to decreasing dioxin levels in locally produced cow's milk. Therefore, in August 2000, the monitoring program in Zeeuws Vlaanderen was discontinued.

 

RIVM - Bilthoven - the Netherlands - www.rivm.nl

Display English

Rapport in het kort
In 1996/1997 is door de Belgische overheid aangetoond dat de dioxine-gehalten in koemelk, uit de omgeving van een metaalsmelterij te Zelzate, de Belgische norm van 5 pg (i) TEQ/g melkvet overschreden. Tevens werd in die periode aangetoond dat de dioxine-emissie van de betreffende metaalsmelterij verhoogd was. Berekeningen met het ketenmodel sloten een overschrijding van de Nederlandse warenwetnorm van 6 pg (i) TEQ/g melkvet aan de Nederlandse zijde van de grens niet uit. Daarom is besloten koemelk van twee geselecteerde melkveebedrijven in de omgeving van Sas van Gent, 5 km ten noord-oosten van de metaalsmelterij, te monitoren op basis van maandgemiddelde monsters. In de periode oktober 1998-juni 2000 zijn dioxinegehalten gemeten in koemelk van deze twee melkveebedrijven. De dioxinegehalten in de monsters liggen allen beneden de warenwetnorm van 6 pg (i)-TEQ/g vet. De dioxinegehalten waren aan het begin van de meetperiode het hoogst; 3.0 +/- 0.2 en 5.1 +/- 0.3 pg (i)-TEQ/g melkvet voor respectievelijk melkveebedrijf SvG-1 en SvG-2. In dezelfde periode, oktober-december 1998, werden, in het kader van een ander deelprojekt (639102-9802), ook gehalten gemeten van maandgemiddelde consumptiemelkmonsters. De monsters zijn samengesteld per regio (Noord, Oost, Zuid en West) van Nederland. De gemeten waarden lagen in deze periode op een achtergrondniveau van 0.5-0.8 pg (i)-TEQ/g vet. Aan het eind van de periode, in juni 2000, zijn de waarden gedaald tot een niveau van rond de 1 pg (i) TEQ/g vet. Deze waarden hebben dezelfde orde van grootte als het achtergrondniveau van 03.-0.4 pg (i) TEQ/g vet in consumptiemelk bemonsterd in het tweede kwartaal van 2000. Geconcludeerd kan worden dat door de genomen maatregelen bij de metaalsmelterij, opgelegd door de Belgische overheid, de dioxineconcentraties in koemelk uit de omgeving waarschijnlijk structureel tot een waarde royaal onder de norm hebben geleid. Per augustus 2000 is dan ook, door de Inspectie Gezondheidsbescherming, Waren en Veterinaire Zaken besloten het monitoren van koemelk in de omgeving van Sas van Gent stop te zetten.

 

RIVM - Bilthoven - Nederland - www.rivm.nl
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM
( 2001-08-14 )