Op alle locaties in Nederland waar oppervlaktewater wordt gewonnen voor drinkwater staat de waterkwaliteit onder druk als gevolg van de klimaatverandering. Maatregelen zijn nodig om het water in de toekomst geschikt te houden voor de drinkwaterbereiding. Het meest kansrijk is een combinatie van beleidsmaatregelen, aanpassingen in het watersysteem en een uitgebreidere zuivering door de drinkwaterbedrijven.

Dit blijkt uit een gezamenlijk onderzoek van Deltares, KWR Watercycle Research Institute (Watercycle Research Institute) Watercycle Research Institute en het RIVM. De kwaliteit van water verslechtert als bij aanhoudende droogte de hoeveelheid water die door de rivieren stroomt, afneemt. De invloed van lozingen van afvalwater op de waterkwaliteit is dan veel groter, omdat de concentraties van vervuilende stoffen uit de lozingen minder worden verdund.

Daarnaast kan de droogte ook leiden tot watertekorten op de Maas en tot verzilting van het rivierwater van de Lek vanuit de Noordzee. Het water kan gedurende deze perioden zonder extra maatregelen niet worden gebruikt voor drinkwaterbereiding.

Een mogelijke beleidsmaatregel is dan ook om lozingsvergunningen te relateren aan de hoeveelheid water die door de rivier stroomt. In de praktijk zou dit betekenen dat veel lozingsvergunningen hierop worden aangescherpt. Een andere maatregel is om het toelatingsbeleid van stoffen aan te passen en het effect van klimaatverandering bij de toelating van stoffen  mee te wegen.

Maas, Waal en Lek

Een voorbeeld van een aanpassing in het watersysteem kan zijn om bij aanhoudende droogte de wateraanvoer in de Maas of de Lek te verhogen door water uit de Waal daarnaartoe te laten stromen. Daardoor neemt de verdunning van afvalwaterlozingen op de Maas en de Lek toe en kan ook de verzilting op de Lek worden bestreden. Voor een intensievere zuivering door de drinkwaterbedrijven wordt voorgesteld meer of andere typen installaties in te zetten.

Om de vervuiling van het oppervlaktewater met geneesmiddelen en andere stoffen effectief te kunnen bestrijden, zeker bij laagwater, zou een uitgebreidere zuivering door rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI Rioolwaterzuiveringsinstallatie (Rioolwaterzuiveringsinstallatie)’s) ook een goede optie zijn. RWZI’s lozen gezuiverd rioolwater op het oppervlaktewater, dat daarna wordt gebruikt voor de drinkwatervoorziening. Dit gezuiverde water bevat echter nog resten van medicijnen, omdat de waterzuivering op de RWZI er niet op is ingericht om medicijnen te verwijderen.

Naast drinkwaterwinning hebben ook andere vormen van watergebruik, zoals recreatie en natuur, baat bij uitgebreidere zuivering door RWZI’s. Echter, vanwege de kosten is deze maatregel in dit onderzoek als minder kansrijk gepositioneerd.

Drinkwater in de toekomst

Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM Infrastructuur en Milieu (Infrastructuur en Milieu)) om een goede drinkwatervoorziening in de toekomst zeker te stellen. In Nederland wordt 40 procent van het drinkwater geproduceerd uit oppervlaktewater.