Nederlanders worden steeds ouder: in 2030 is de levensverwachting van mannen 82 jaar, die van vrouwen 85. Mede door de vergrijzing telt Nederland in 2030 circa 7 miljoen mensen met een chronische ziekte. Dat is ongeveer 40% van de bevolking; nu is dat nog 32%. Deze stijging betekent niet dat meer mensen buiten de maatschappij komen te staan: de meeste chronisch zieken van 20-65 jaar werken net zo veel als mensen zonder chronische ziekte. Het percentage volwassenen met overgewicht (48%) zal waarschijnlijk niet verder toenemen. Dit zijn enkele uitkomsten uit ‘Een gezonder Nederland’, de Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014 (VTV Volksgezondheid Toekomst Verkenning (Volksgezondheid Toekomst Verkenning)) van het RIVM, die op 24 juni werd aangeboden aan minister Schippers.

Levensverwachting blijft stijgen

De levensverwachting van Nederlandse mannen is 79 jaar en behoort daarmee tot de hoogste van de Europese Unie. Vrouwen verwachten 83 jaar te worden; dat ligt rond het Europese gemiddelde. Tussen 2012 en 2030 krijgen Nederlandse mannen er 3 jaar bij en vrouwen ruim 2 jaar. Het verschil in levensverwachting tussen laag- en hoogopgeleiden is groot (6 jaar). De sterfte aan coronaire hartziekten en beroerte is sterk gedaald en zal naar verwachting verder afnemen. De sterfte aan longkanker en dementie zal stijgen: in 2030 is dementie de belangrijkste doodsoorzaak.

Meer mensen met een chronische ziekte

Eén van de belangrijkste uitkomsten van de VTV Volksgezondheid Toekomst Verkenning (Volksgezondheid Toekomst Verkenning) 2014, die de naam Een gezonder Nederland heeft meegekregen, is de stijging van het aantal chronisch zieken. Het RIVM voorziet een stijging van 5,3 miljoen in 2011 naar 7 miljoen in 2030. Daarbij zal ook het aantal mensen met twee of meer aandoeningen toenemen. Vooral door de vergrijzing steeg het aantal mensen met een ziekte het afgelopen decennium en die stijging zet door. Vroege opsporing van ziekten plus een betere behandeling maken dat mensen langer kunnen leven met hun ziekte. Ook hierdoor stijgt het aantal mensen met een ziekte.

Mensen met een chronisch ziekte participeren

De stijging van het aantal chronisch zieken betekent niet dat meer mensen buiten de maatschappij komen te staan. Mede dankzij de gezondheidszorg hebben ze minder last van hun ziekte. Veel mensen met een chronische ziekte hebben een betaalde baan, volgen onderwijs of doen vrijwilligerswerk. Alleen degenen die daarnaast ook beperkingen hebben, of zich niet gezond voelen, participeren veel minder dan mensen zonder ziekte.

Eigen regie niet altijd haalbaar voor iedereen

In de gezondheidszorg en het lokale beleid ligt de nadruk steeds meer op het vermogen van chronisch zieken hun leven zelf optimaal in te richten. Dat sluit aan bij de wens van veel mensen. Ze willen graag zelf bepalen hoe ze leven met hun ziekte, en welke hulp ze daarbij nodig hebben. Maar dat gaat niet bij iedereen vanzelf. Er zijn mensen die de mogelijkheden en vaardigheden missen om zelf de regie te voeren. Dat zijn vooral laagopgeleiden en kwetsbare ouderen. Extra zorg en ondersteuning voor deze groepen leidt mogelijk ook tot meer gezondheid en autonomie.

Minder rokers, overgewicht stabiliseert

Roken is verreweg de belangrijkste oorzaak van sterfte en ziekte (met 13% van de ziektelast), gevolgd door overgewicht, weinig bewegen en ongezonde voeding. Het percentage volwassen rokers daalt al lange tijd. Als deze trend doorzet, zal het percentage Nederlandse rokers dalen van 23% in 2012 naar 19% in 2030. Onder laagopgeleiden is het percentage rokers overigens anderhalf keer zo groot als onder hoogopgeleiden. Dit verschil is sinds 1990 iets groter geworden. Het percentage mensen met overgewicht zal naar verwachting niet verder toenemen en gelijk blijven op een hoog niveau (48%). Een op de drie Nederlanders beweegt weinig en dit zal ook in 2030 zo zijn. Het percentage zware drinkers zal in 2030 net als in 2012 uitkomen op 10%. Jongeren zijn de afgelopen jaren minder gaan roken en drinken. Het percentage 12-18 jarigen dat de afgelopen maand alcohol dronk is gedaald van 54% in 1999 tot 43% in 2012. Wel drinken Nederlandse jongeren nog steeds vaak in vergelijking met jongeren in andere landen.

VTV 2014

De VTV geeft een overzicht van de huidige stand van de volksgezondheid en beschrijft trends in het verleden en in de toekomst. De toekomstige trends zijn gebaseerd op de analyse van historische trends en modellering, aangevuld met uitkomsten van literatuuronderzoek en oordelen van experts.
Het trendscenario vormt het ‘business as usual’ scenario waarin de huidige maatschappelijke ontwikkelingen en het bestaande beleid worden doorgetrokken naar 2030. Naast het trendscenario beschrijft de VTV ook vier toekomstscenario’s, gebaseerd op verschillende perspectieven op de volksgezondheid.

De VTV verschijnt elke vier jaar. Hiermee draagt het RIVM bij aan het volksgezondheidsbeleid in Nederland. Doel van de VTV is om strategische discussies te ondersteunen en te verhelderen. Het RIVM richt zich daarbij niet alleen op het ministerie van VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport), maar ook op andere ministeries en gemeentelijke overheden, bedrijven, partijen in het maatschappelijk middenveld, professionals en burgers.

De volledige rapportage van de VTV-2014 is te vinden op www.eengezondernederland.nl. De Kernboodschappen van de VTV-2014 verschijnen ook in boekvorm.