Gecombineerde blootstelling aan PFAS: een benadering met factoren voor relatieve potentie

Gecombineerde blootstelling aan PFAS: een benadering met factoren voor relatieve potentie

Go to abstract

Samenvatting

PFAS is een grote stofgroep van poly- en perfluoralkylverbindingen. Ze hebben onder andere een vuilafstotende werking en worden daarom bijvoorbeeld in kleding verwerkt. Van de bekendste, zoals PFOA en PFOS, is onderzocht welke eigenschappen ze hebben en welke hoeveelheid mensen ervan binnen mogen krijgen zonder negatieve effecten op de gezondheid te veroorzaken.

In 2016 heeft het RIVM voor PFOA zo'n hoeveelheid afgeleid. Van de meeste andere verbindingen in deze stofgroep is echter veel minder bekend. PFAS stoffen komen vaak gezamenlijk als verontreiniging voor in grond, grondwater of drinkwater. Om de ernst van dergelijke verontreiniging beter te kunnen inschatten, heeft het RIVM onderzocht in hoeverre het mogelijk is om de schadelijkheid van een aantal PFAS ten opzichte van PFOA uit te drukken. Dat kan door gebruik te maken van zogeheten Relative Potency Factors (RPF). Hierbij wordt de blootstelling aan een PFAS-mengsel uitgedrukt in een vergelijkbare hoeveelheid PFOA. Deze methode kan worden gebruikt bij het omgaan met verontreiniging met PFAS in het milieu, zoals bij een verontreiniging in grond, grondwater of drinkwater. Gemeten PFAS-hoeveelheden worden eenvoudig in PFOA-eenheden uitgedrukt, zodat ze vergeleken kunnen worden met voor bodem of (drink)water geldende PFOA-normen.

Aan het gebruik van de RPF-methode kleeft wel een belangrijke voorwaarde, namelijk dat een (beperkte) set aan vergelijkbare toxiciteitsgegevens voor individuele PFAS-verbindingen beschikbaar is. Voor het relevante gezondheidseffect (op de lever van proefdieren) bleek dergelijke informatie voor elf PFAS verbindingen beschikbaar. Dit effect is onderzocht omdat de lever bij mens en proefdieren het gevoeligst op PFOA reageert. Het ongewenste effect is een vergroting van de lever (hypertrofie).

Abstract

PFAS is a large group of poly- and perfluoroalkyl compounds. They have a dirt-repellent effect and are therefore used, for example, in finishing clothing. For the best known PFAS, PFOA and PFOS, much information is available about the properties have been researched, as have the quantity people may be exposed to without causing negative effects on health.

In 2016, RIVM derived such a quantity for PFOA. However, much less is known about most of the other compounds in this group of substances. PFASs often occur together as contamination in soil, groundwater or drinking water. To be able to better assess the risks of this type of contamination, the RIVM has investigated the extent to which it is possible to express the harmfulness of a number of PFASs in relation to PFOA. It was concluded that this can be done by using so-called Relative Potency Factors (RPFs). Here the exposure to a PFAS mixture is expressed as a comparable amount of PFOA. This method can be used for dealing with pollution with PFASs in the environment, e.g. in cases involving contamination in soil, groundwater or drinking water. Measured PFAS quantities are simply expressed in PFOA units, so that they can be compared with PFOA standards for soil or (drinking) water.

The use of the RPF method does, however, have an important condition, namely that a (limited) set of comparable toxicity data for individual PFAS compounds is available. For the relevant health effect (on the liver of test animals), such information was available for 11 PFAS compounds. This effect has been investigated, because the liver reacts most sensitively to PFOA in humans and laboratory animals. The effect is an enlargement of the liver (hypertrophy). This is an unwanted effect.

Resterend

Grootte
1.06MB