Maandag 17 december kwamen de pilot- en koploperlabs voor het eerst samen. En dat bleek een succesvolle formule. Projectleider Eenheid van Taal (EvT) in antibioticaresistentie (ABR antibioticaresistentie (antibioticaresistentie)) Mariëlla van der Velpen legt uit: ‘Nu  5 pilotlabs operationeel zijn en 8 koploperlabs van start gegaan, was het zo vlak voor de feestdagen een mooi moment om met alle laboratoria samen te komen. Iedereen heeft er veel energie in gestoken, en tijdens deze bijeenkomst keken we of alles conform verwachting loop en waar bijgesteld moet worden. De opkomst was goed. We hebben teruggeblikt op de afgelopen periode, en vooral ook vooruit gekeken naar het aankomende jaar. Het was een mooie bijeenkomst in het gastvrije St. Antonius in Leidsche Rijn, waarin we van elkaar konden leren en we belangrijke onderwerpen met elkaar bespraken. Daardoor werd ons ook duidelijk welke zaken we gaan aanpassen. Heel nuttig dus.’ 

Communicatie essentieel

Programmanager ABR Mariken van der Lubben (Cib Centrum Infectieziektebestrijding (Centrum Infectieziektebestrijding)-RIVM) opende de bijeenkomst en vertelde over het programma ABR en de bijhorende speerpunten. ‘Het ministerie van VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport ) investeert fors in de maatregelen tegen ABR. Hiervoor is een (inter)nationale aanpak geformuleerd met als doelstelling resistentie te voorkomen en de gevolgen van resistentie zoveel mogelijk terug te dringen. Monitoring en surveillance zijn daarbij ontzettend belangrijk. Doordat we binnen project EvT in ABR met elkaar mooie resultaten hebben behaald dragen we daar gezamenlijk aan bij.’ Mariëlla voegde toe: ‘We hebben mooie stappen gezet, maar er is nog veel werk te doen. Niet alleen de labs die nu meedoen moeten aan de slag, ook het werven van nieuwe labs vereist inspanning. En daarvoor is goede communicatie essentieel. Zo merken we dat het voor de werving belangrijk is om in contact te komen met de raden van bestuur. Zij zijn toch degenen die hun handtekening moeten zetten om mee te doen. Daarnaast kunnen we jullie hulp goed gebruiken. Het helpt als jullie collega’s van andere labs motiveren en stimuleren mee te doen. Het is goed om alvast te weten dat we (sommigen van) jullie in de komende tijd voor diverse communicatieacties benaderen.’

Mooie resultaten

Robert Stegwee en Wieke Altorf van het RIVM bespraken de bestuurlijke evaluatie als ook de evaluatie van de data die nu zichtbaar zijn. ‘De labs zijn positief over in productie name voor ISIS Infectious Disease Surveillance Information System for Antibiotic Resistance (Infectious Disease Surveillance Information System for Antibiotic Resistance )-AR. Dat geldt ook voor de externe stuurgroep en daarom heeft zij een akkoord gegeven voor in productie name. Dat is heel goed nieuws!’, aldus Robert. Wieke vulde aan dat een deel van de data van de pilotlabs en die van productie ISIS-AR met elkaar vergeleken zijn. Daar kwamen issues uit naar voren, waarvan er in de afgelopen maanden al diverse van zijn opgelost. De openstaande issues zijn geadresseerd in januari.

Gebruikerservaringen

Pim Volkert van Nictiz Nationaal ICT instituut in de Zorg (Nationaal ICT instituut in de Zorg) gaf een korte toelichting op het proces en de ervaringen met de beheerorganisatie. ‘Dit zijn er nu nog niet veel, maar als er meer labs zijn aangesloten, wordt dit steeds belangrijker.’ Martin van der Wal van het Diakonessenhuis deelde zijn ervaringen met EvT. ‘Wij werken nauw samen met het St. Antonius. Voor wat betreft de Lab2lab koppeling zagen we een verschil in de coderingen van het materiaal, waardoor er geen communicatie mogelijk tussen beide ziekenhuizen. Daarom zijn we bij het Diakonessenhuis aan de slag gegaan met het omzetten van de respiratoire materialen. Dit kostte veel tijd, maar nu zijn we wel in staat om gegevens gestandaardiseerd uit te wisselen waarbij we meer dan 48 uur versnelling hebben bereikt. Het is daarom aan te raden dat de labs die meedoen aan EvT in ABR ook kritisch kijken naar hoe hun systeem is opgebouwd. Daar valt de winst te behalen.'

Kennis delen

In de interactieve sessies wisselden de pilot- en koploperlabs tips en tricks met elkaar uit. Ook kwamen er een aantal zaken aan de orde die meer aandacht vragen. Onderwerpen als realtime surveillance, Lab2lab communicatie, mapping en testen kwamen aan de orde. Zo bleek dat niet voor iedereen de informatie met betrekking tot het mappen eenvoudig te vinden is. Mariëlla licht toe: ‘Daar willen we dus wat aan doen. We willen iedereen zo goed mogelijk op weg helpen.' Het was leuk om te zien dat de labs positief zijn over EvT in ABR. Zij zien onder andere snelheid, eenduidigheid en eenheid als de belangrijkste toegevoegde waarde voor EvT. Ook was het goed om te merken dat de labs van elkaars ervaringen in dit project kunnen leren en ook behulpzaam zijn naar elkaar. Daar was deze bijeenkomst ook voor bedoeld.

Foto's van de bijeenkomst

Plenaire sessie
Plenaire sessie
Interactieve workshop
Toegevoegde waarde van EvT in ABR