|   print

Vitamine D: maximale verrijkingsniveaus voor voedingsmiddelen en maximale dagdosering voor supplementen : Rekenkundige onderbouwing met behulp van scenario's
[  ]
 
Verkaik-Kloosterman J, Beukers MH, Dekkers A

162 p in Dutch   2013

RIVM briefrapport 050421001
download pdf (1430Kb)  
Alleen digitaal beschikbaar  

Toon Nederlands

English Abstract
This report contains an erratum d.d.1-11-2014 after page 110
Fortification of a broad range of foods with vitamin D is allowed in the Netherlands since 2004. Before that time, addition of vitamin D was only permitted to a restricted number of foods, like margarine and infant formula. In 2007, the Dutch Ministry of Health, Welfare and Sports set a maximum level for the addition of vitamin D to foods. Also for dietary supplements, there is a maximum vitamin D level. These maximum levels were set using the tolerable upper intake level for vitamin D. The European Food Safety Authority (EFSA) increased the tolerable upper intake level for vitamin D in 2012. Because of the higher tolerable upper intake level the Dutch Ministry of Health, Welfare and Sports, reconsiders the current legal maximum vitamin D level for fortification as well as for dietary supplements. As input for the decision-making, the RIVM calculated the maximum vitamin D level for fortification and dietary supplements for several scenarios.

Currently, in the Netherlands, fortification of foods with a vitamin D level up until 4.5 microgram per 100 kilocalories is permitted. For dietary supplements, a maximum daily dose is set. The daily dose is the amount that subjects can take according to the label information. For children up until the age of 10 years this maximum is 15 microgram and for persons aged 11 years and older this maximum is 25 microgram.

The calculation model the RIVM used for this type of research was improved for this study. With this model, the amount of vitamin D available for additional intake from fortified foods or dietary supplements, next to the amount of vitamin D consumed from regular foods, until the tolerable upper intake level was calculated. The calculations were based on data from the Dutch National Food Consumption Survey. It was assumed that for all subjects in the population it should be safe to consume additional vitamin D from fortified foods or dietary supplements next to the vitamin D intake from regular foods

 

RIVM - Bilthoven - the Netherlands - www.rivm.nl

Display English

Rapport in het kort
Dit rapport bevat een erratum d.d.1-11-2014, na pagina 110

Sinds 2004 is het in Nederland toegestaan om vitamine D toe te voegen aan een ruim assortiment voedingsmiddelen. Tot die tijd was het alleen bij een beperkt aantal voedingsmiddelen toegestaan, zoals margarine en zuigelingenvoeding. In 2007 heeft het ministerie van VWS een maximum bepaald voor de toevoeging van vitamine D aan voedingsmiddelen. Ook geldt er een maximum gehalte voor vitamine D in supplementen. Beide maxima zijn vastgesteld met behulp van de 'aanvaardbare bovengrens' voor vitamine D inname. In 2012 heeft de European Food Safety Authority (EFSA) die 'aanvaardbare bovengrens' voor vitamine D verhoogd. Door deze verhoging wil het ministerie van VWS de nu geldende maxima voor toevoeging van vitamine D aan voedingsmiddelen en aan supplementen heroverwegen. Als input voor de besluitvorming hierover heeft het RIVM verschillende scenario's doorgerekend.

Voedingsmiddelen mogen op dit moment verrijkt worden met vitamine D tot een maximum van 4,5 microgram per 100 kilocalorieën van een voedingsmiddel. Voor supplementen geldt op dit moment een maximale dagdosering; dat is de hoeveelheid die mensen volgens de aanwijzingen op de verpakking van een product kunnen innemen. Voor kinderen tot en met 10 jaar is dat 15 microgram; voor personen vanaf 11 jaar is dat 25 microgram.

Voor dit onderzoek is het rekenmodel dat het RIVM voor dit soort berekeningen gebruikt vernieuwd. Hiermee is bepaald hoeveel ruimte er is voor extra inname van vitamine D uit verrijkte voedingsmiddelen of uit supplementen, naast de hoeveelheid die mensen via gewone voeding binnenkrijgen, totdat de aanvaardbare bovengrens wordt bereikt. Om dit te bepalen zijn gegevens gebruikt van de Nederlandse voedselconsumptiepeiling (VCP), die het consumptiepatroon in kaart brengt. Bij de berekeningen is aangenomen dat het in principe voor iedereen veilig zou moeten zijn om naast vitamine D inname uit de gewone voeding ook een bepaalde hoeveelheid vitamine D uit verrijkte voedingsmiddelen en supplementen binnen te krijgen.

 

RIVM - Bilthoven - Nederland - www.rivm.nl
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM
( 2014-02-24 )