|   print

Stand van zaken LD50/LC50 testen : Verfijning, vermindering en vervanging van dierproeven en mogelijkheden tot interventies
[  ]
 
van der Ven L, Ezendam J

18 p in Dutch   2014

RIVM briefrapport 2014-0036
download pdf (220Kb)  

Toon Nederlands

English Abstract
RIVM investigated the number of animals used in toxicological tests which assess the dose or concentration of a chemical compound that produces 50 percent mortality (so-called LD50/LC50 tests). Such tests are only permitted under exceptional license, if no alternative testing methods are available. This investigation was requested by the Minister of Economic Affairs.

The investigation shows that in recent years in the Netherlands, there is a fairly constant number of fish (570-1000) used in this type of tests, but no other species. There are methods to Reduce, Refine, or Replace animal use in this context (3R principle). The RIVM investigation showed that this principle is applied to the LD50/LC50 tests, but this requires a tailored approach and is not possible for all substances.

The test can, for example, be adapted to use less fish, or affected fish can be removed from the test. A way to avoid animal testing is to use 'read-across'. In this method toxicity data of structurally-related chemicals are used to assess the toxicity of a chemical substance without performing new tests. Another alternative is the recently developed fish embryo test, in which the toxicity is assessed in freshly fertilized fish eggs. Fish embryos fall without the scope of the European Directive on the protection of animals used for scientific purposes. The application of 3R-alternative methods requires a tailored approach.

The last alternative is not applied yet, since the fish embryo test is not implemented in regulatory frameworks for chemical substances. To further reduce LD50/LC50-tests it is important that the fish embryo test is implemented. RIVM recommends involving Dutch delegates in relevant European regulatory frameworks in the discussion how and under what conditions this can be achieved. It is also important to invest in the development of a strategy that combines different test methods. Such a strategy is the most promising way to replace the LD50/LC50-tests in the future.

 

RIVM - Bilthoven - the Netherlands - www.rivm.nl

Display English

Rapport in het kort
Het RIVM heeft geļnventariseerd hoeveel proefdieren worden gebruikt voor testen die uitzoeken bij welke dosering of concentratie van een stof 50 procent van de dieren sterft (zogeheten LD50/LC50-testen). Deze testen zijn in principe verboden en worden alleen met ontheffing toegepast als er geen alternatieve methoden mogelijk zijn. De inventarisatie is op verzoek van de staatssecretaris van Economische Zaken gemaakt.

Hieruit blijkt dat in Nederland jaarlijks voor dit type testen tussen de 570 en 1000 vissen gebruikt worden; in Nederland worden hiervoor geen andere diersoorten ingezet. Om in algemene zin het aantal dierproeven te verminderen is in de jaren zeventig van de vorige eeuw het zogeheten 3V-principe (Verminderen, Verfijnen of Vervangen) in de Wet op de dierproeven verankerd. Uit de RIVM-inventarisatie blijkt dat dit principe ook wordt ingezet bij de LD50/LC50-testen, maar het toepassen ervan is maatwerk en is nog niet voor alle chemische stoffen mogelijk.

De test kan bijvoorbeeld zodanig worden ingericht dat minder vissen nodig zijn, of dat zieke dieren eerder uit de test worden gehaald. Daarnaast kan bestaande kennis over stoffen met een chemisch verwante structuur gebruikt worden om de schadelijkheid van een stof te bepalen, waardoor het niet nodig is om een dierproef uit te voeren. Een ander alternatief is een zogenoemde visembryo-test, waarbij de toxiciteit van een stof wordt bepaald met testen bij pas bevruchte viseieren. Embryo's vallen de eerste dagen niet onder de Wet op dierproeven.

Dit laatste alternatief wordt nog niet praktijk gebracht omdat de visembryo-test nog niet in de Europese regelgeving voor chemische stoffen is opgenomen. Om de LD50/LC50-testen verder te verminderen is het belangrijk dat dit wel gebeurt. Het RIVM adviseert daarom om in overleg met de Nederlandse vertegenwoordigers in relevante Europese wettelijke kaders vast te stellen hoe en onder welke voorwaarden dit kan worden gerealiseerd. Bovendien is het belangrijk om te investeren in de ontwikkeling van een strategie waarin verschillende testen worden geļntegreerd, omdat dit de meest kansrijke manier is om de LD50/LC50-testen op termijn overbodig te maken.

 

RIVM - Bilthoven - Nederland - www.rivm.nl
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM
( 2014-10-17 )