|   print

Adverse events following immunization under the National Vaccination Programme of the Netherlands : Number XVI-Reports in 2009
[ Postvaccinale gebeurtenissen binnen het Rijksvaccinatieprogramma : Deel XVI- Meldingen in 2009 ]
 
van der Maas NAT, Oostvogels B, PHaff TAJ, Wesselo C, Vermeer-de Bondt PE

75 p in English   2010

RIVM rapport 205021008
download pdf (1303Kb)  

Toon Nederlands

English Abstract
In 2009 the safety surveillance of the National Immunisation Programme of the Netherlands (RVP) received 1647 reports on adverse events following immunisation (AEFI). This is an increase of 28% compared with 2008, caused by more reports on local reactions and fever following the DTP-IPV booster dose at four years of age. In 81% (1322) of the classifiable events a possible causal relation with vaccination was established. These concerned major adverse reactions in 38% and minor adverse reactions in 62% of the reports. Of the reported adverse events 19% (318) were considered chance occurrences.
This is the main conclusion of the report on the safety of the RVP in 2009. Reported severe infections, reports on epilepsy and encephalitis had no causal relation with the vaccination. Furthermore, nine reports on death were not caused or hastened by the vaccination.
Each year 1.4 million vaccinations are administered through the RVP. Although the reported adverse reactions can be very frightening, they reveal without sequelae. The benefit of the programme outweighs the reported adverse events.
AEFI in the RVP have been monitored through an enhanced passive surveillance system by the National Institute for Public Health and the Environment (RIVM) since 1962. Signal detection of the system is good and the reporting rate is high, due to many reports, received mainly from Child Health Care professionals. There is only minor underreporting of rare, severe events. Name based reports enable follow up studies.

 

RIVM - Bilthoven - the Netherlands - www.rivm.nl

Display English

Rapport in het kort
In 2009 heeft de bijwerkingenbewaking van het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) 1647 meldingen ontvangen, een toename van 28 procent ten opzicht van 2008. De oorzaak van de toename is een groter aantal meldingen van lokale reacties en koorts na de herhalingsvaccinatie die kinderen op vier jarige leeftijd krijgen. Van alle meldingen werd 81 procent beoordeeld als bijwerking van een vaccinatie. Hiervan ging het in 38 procent om heftige verschijnselen, vooral zeer hoge koorts, langdurig huilen, 'collapsreacties', verkleurde benen, koortsstuipen en atypische aanvallen met rillerigheid, schrikschokken en gespannenheid of juist een heel slappe houding. Bij het overige deel van de meldingen (19 procent) waren de verschijnselen geen gevolg van een vaccinatie maar van een toevallige samenloop van gebeurtenissen.
Dit blijkt uit de jaarlijkse rapportage van de bijwerkingenbewaking van het RVP in 2009. De ernstige infecties die zijn gerapporteerd hadden geen relatie met de vaccinaties, net als de meldingen van epilepsie en hersenontsteking. Bij de negen meldingen van overleden kinderen zijn de vaccinaties daar niet de oorzaak van geweest.
Elk jaar worden voor het RVP bijna 7 miljoen vaccincomponenten toegediend in de vorm van 1,4 miljoen prikken. Hoewel de bijwerkingen omstanders erg kunnen laten schrikken, zijn ze medisch gezien niet gevaarlijk. Ze zijn van voorbijgaande aard en leiden niet tot blijvende gevolgen. De grote gezondheidswinst die het RVP oplevert, weegt op tegen de bijwerkingen.
Het RVP bestaat sinds 1957 en wordt sinds 1962 intensief bewaakt. Dat gebeurt in de vorm van een zogeheten spontaan meldsysteem, aangevuld met andere vormen van onderzoek naar bijwerkingen. Dit meldsysteem is een goed instrument om signalen over mogelijke bijwerkingen op te pikken. Het systeem is bovendien zodanig ingericht dat gegevens te achterhalen zijn, wat vervolgonderzoek mogelijk maakt. In Nederland is de meldgraad van vermoede bijwerkingen hoog, onder andere doordat consultatiebureaus in hoge mate bereid zijn om bijwerkingen door te geven. Heftige en zeldzame reacties worden in bijna alle gevallen gemeld.

 

RIVM - Bilthoven - Nederland - www.rivm.nl
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM
( 2010-11-17 )