|   print

[  ]
 
Brink RMM van den

65 p in Dutch   2000

download pdf (379Kb)  

Toon Nederlands

English Abstract
In September 1999 the Dutch National Institute of Public Health and the Environment (RIVM) published the fifth National Environmental Balance (MB99) in Dutch. While the environmental quality since 1985 had been considered in preceding balances, this fifth balance represents an attempt to shift the time horizon for data availability back as far as possible. In contrast to this retrospective, this Environmental Balance also contains an outlook for the period of 1998 to 2003, serving as a background document for the chapter on transport. The following major conclusions can be drawn from this 1999 National Environmental Balance. (1) Despite the growth in car kilometres, the emissions of CO, VOC and lead from passenger cars were lower in 1998 than in 1970, while particulate emissions (PM10) and NOx in 1998 were the same as in 1970, after increasing between 1970 and 1985. The CO2 emission from passenger cars has continued to increase since 1970. (2) Most of the emissions due to traffic and transport will decrease in the nearby future, except the CO2 emissions, which will increase annually by approximately 0.5-1.0 per cent. This increase is less than in the recent past due to the effect of the agreement between the European Union and the European Car Manufacturers Association (ACEA) to decrease the fuel consumption of new passenger cars sold in the EU. (3) The number of passenger kilometers in air transport from and to the Dutch international Schiphol airport increased by a factor of 75 between 1955 and 1997. In comparison, this factor is 13 for the increase in number of passenger kilometres for cars in the Netherlands and 1.5 for Dutch public transport. (4) The increased use of energy by passenger transport (only passenger cars and public transport) between 1960 and 1997 (a factor of 7) was caused mainly by the population growth and the increased transport need per capita (a factor of 4). Other reasons were the decrease in the occupation rate of passenger cars and the modal shift towards passenger cars. The decreased use of energy per passenger car kilometre has slightly restrained the growth of energy use.

 

RIVM - Bilthoven - the Netherlands - www.rivm.nl

Display English

Rapport in het kort
Op prinsjesdag 1999 presenteerde het RIVM als milieuplanbureau haar vijfde Milieubalans (RIVM, 1999). De voorgaande Milieubalansen beschouwden de veranderingen in de kwaliteit van het milieu vanaf 1985. Omdat deze vijfde milieubalans (MB99) de laatste Milieubalans van het eerste millenium is, is verder teruggeblikt, namelijk tot 1950. De veranderingen in de milieukwaliteit in deze periode zijn het resultaat van autonome ontwikkelingen maar ook van de uitvoering van het milieubeleid. Naast een terugblik is in de MB99 een kortetermijnprognose tot 2003 opgenomen. De belangrijkste bevindingen zijn: 1) Ondanks de groei van het aantal personenautokilometers waren de emissies van CO, VOS en lood door personenauto's in 1998 lager dan in 1970. De VOS-doelstelling voor 2000 wordt echter naar verwachting niet gehaald. De emissies van NOx en fijn stof zijn na een toename tussen 1970 en 1985 inmiddels weer bijna op het niveau van 1970. De CO2 emissie door personenauto's is sinds 1970 jaarlijks toegenomen; 2) De meeste emissies door verkeer en vervoer zullen de komende jaren verder dalen. De CO2-emissie zal echter met naar schatting 0,5-1% per jaar toenemen. Dit is minder dan in voorgaande jaren. Hierbij is ervan uitgegaan dat het recent gesloten convenant met de Europese automobielfabrikanten ook daadwerkelijk effectief zal zijn. De 2010-doelstelling voor de CO2-emissie door het wegverkeer (gelijk aan het niveau in 1986) blijft echter ver buiten bereik; 3) Van alle beschouwde personenvervoerwijzen is de luchtvaart tussen 1955 en 1998 het snelst toegenomen (factor 75 in reizigerkilometers). De personenauto staat op de tweede plaats met een toename met een factor 13, terwijl het aantal reizigerkilometers in het openbaar vervoer met niet meer dan een factor 1,5 is toegenomen; 4) De stijging van het energiegebruik in het personenvervoer (personenauto en openbaar vervoer) tussen 1960 en 1997 (factor 7) wordt voornamelijk veroorzaakt door de groei van de bevolking en de toename van het aantal reizigerkilometers per hoofd van de bevolking (factor 4). Andere oorzaken voor het gestegen energiegebruik waren, in volgorde van belangrijkheid, de dalende bezettingsgraad van de personenauto en verschuiving van de modal-split in het voordeel van de personenauto. Het afgenomen energiegebruik per kilometer door personenauto's heeft de stijging van het energiegebruik enigszins geremd.

 

RIVM - Bilthoven - Nederland - www.rivm.nl

( 2000-07-31 )