|   print

Middelengebruik en seksueel gedrag van jongeren met een laag opleidingsniveau. Aangrijpingspunten voor preventie
[ Substance use and sexual behavior of adolescents with a low educational level. Clues for prevention ]
 
Schrijvers CTM, Schuit AJ

117 p in Dutch   2010

RIVM rapport 270372001
download pdf (1744Kb)  

Toon Nederlands

English Abstract
Adolescents with a low level of education show risk behavior more often and at a younger age compared to higher educated adolescents. Some possible explanations for this are the direct social environment of the adolescents (friends and parents) and their social emotional problems (behavioral problems and hyperactivity). This has been concluded from an analysis of the Dutch part of the international Health Behavior in School-aged Children (HBSC) study and a literature study carried out by the National Institute for Public Health and the Environment (RIVM) in collaboration with the Addiction Research Institute (IVO), the Trimbos Institute, the University of Utrecht and the Netherlands Institute for Social Research (SCP).
Low educated adolescents more often smoke cigarettes, use cannabis, drink large amounts of alcohol and start to be sexually active at a younger age than adolescents with a higher educational level. This use of substances and active sexual behavior starts at a younger age in low educated adolescents, starting at around 13-14 years and in adolescents with a high educational level at 15-16 years. These unhealthy behaviors increase with age in both low and high educated groups so that the differences in behavior continue throughout their lives.
At present, there is a lack of preventive interventions directed at adolescents with a low educational level. Moreover, the interventions that do exist are poorly tuned to the factors, that according to the literature, influence unhealthy behavior. In order to increase the effectiveness of health promotion, the research group recommends including the social environment of the child, particularly the parents, in the interventions. Furthermore, it is important to start with intervention early - in the final years of primary school - and to continue with the interventions in the secondary school. Furthermore, the interventions should try to enhance the assertiveness of children, so that they become more resistant to peer pressure. In addition, the interventions should take place in various settings such as school, neighborhood, or at home. Finally, these interventions should be supported by better enforcement of law and regulations, such as monitoring age associated with alcohol sales.

 

RIVM - Bilthoven - the Netherlands - www.rivm.nl

Display English

Rapport in het kort
Laagopgeleide jongeren vertonen vaker en op jongere leeftijd risicogedrag dan hoogopgeleide jongeren. De directe sociale omgeving (vrienden en ouders) en sociaal emotionele problemen (gedragsproblemen en hyperactiviteit) zijn mogelijke oorzaken hiervan. Dit blijkt uit een analyse van het Nederlandse deel van de internationale studie Health Behaviour in School-aged Children (HBSC) en uit literatuuronderzoek, uitgevoerd door het RIVM in samenwerking met het IVO (Instituut voor Onderzoek naar Leefwijzen & Verslaving), het Trimbos-instituut, de Universiteit Utrecht en het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP).
Laagopgeleide jongeren roken vaker, gebruiken vaker cannabis, drinken vaker grote hoeveelheden alcohol en hebben vaker op jonge leeftijd seks in vergelijking met hoogopgeleide jongeren. Ook gebruiken laagopgeleide jongeren al op jongere leeftijd deze genotmiddelen en experimenteren ze eerder met seks (13-14 jaar) dan jongeren met een hoge opleiding (15-16 jaar). Deze gedragingen nemen bij beide opleidingsgroepen toe met de leeftijd, waardoor het verschil gedurende het hele leven blijft bestaan.
Het huidige aanbod aan preventieve interventies voor jongeren met een lage opleiding is gering. Bovendien sluit het aanbod onvoldoende aan bij de factoren die volgens deze studie van invloed zijn op het vertonen van ongezond gedrag. Om meer effect te sorteren beveelt de onderzoeksgroep aan om de sociale omgeving van het kind, en dan vooral de ouders, meer bij de interventies te betrekken. Daarnaast is het belangrijk om de interventies te laten starten in de hoogste groep(en) van de basisschool en door te laten lopen in het voorgezet onderwijs. Verder moeten ze er op gericht zijn de weerbaarheid van jongeren te vergroten, zodat ze beter bestand zijn tegen groepsdruk. Ook moeten de interventies op meerdere plaatsen, zoals school, de wijk of thuis, worden aangeboden. Tot slot moeten ze worden ondersteund door betere handhaving van wet- en regelgeving, zoals toezien op de leeftijd bij de verkoop van alcohol.

 

RIVM - Bilthoven - Nederland - www.rivm.nl
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM SCP UU Trimbos-instituut IVO
( 2010-04-29 )