|   print

[  ]
 
Wernars K , Smit E , Leeflang P

26 p in Dutch   1996

Toon Nederlands

English Abstract
A small-scale field test was started in April 1995 by researchers of the Research Institute for Plant Protection (IPO/DLO) at Wageningen, the Netherlands), in which a genetically modified Pseudomonas fluorescens strain (RIWE8) was applied once to the top layer of a field plot. At request of the Dutch Ministry of Housing, Spatial Planning and Environment researchers of the RIVM carried out a study to monitor the survival and dispersal of the introduced, genetically modified micro-organism (gmm). During the first half-year period after inoculation soil samples were taken at fixed moments and analyzed by microbiological methods. The number of colony forming particles (cfp) in these samples was determined, as well as that of the non-modified parental strain which had been applied in an identical way to a neighbouring control plot. It was found that a 4 to 5 log10-units reduction occurred in the concentration of the introduced microorganisms. At day 2 after inoculation downward and lateral dispersal from the top layer was already observed. Considerable numbers of microorganisms were found at a depth of 20 - 25 cm in the field plot and, to a lower extent, lateral dispersal was observed as well. At the end of the monitoring period dispersed microorganisms could only be shown to be present at a few sampling sites and in low concentrations. With respect to survival and dispersal no differences were found between Pseudomonas fluorescens RIWE8 and the unmodified parental strain.

 

RIVM - Bilthoven - the Netherlands - www.rivm.nl

Display English

Rapport in het kort
In april 1995 werd door onderzoekers van het Instituut voor Plantenziektekundig Onderzoek (IPO/DLO) een kleinschalig veldexperiment gestart waarbij eenmalig een genetisch gemodificeerde Pseudomonas fluorescens stam (RIWE8) werd aangebracht in de toplaag van een proefveldje. In opdracht van het Ministerie van VROM werd door onderzoekers van het RIVM onderzoek uitgevoerd naar de overleving en verspreiding van het geintroduceerde genetisch gemodificeerde micro-organisme (ggm). Gedurende het eerste half jaar na beenting werden op gezette tijdstippen grondmonsters genomen voor analyse met microbiologische technieken. Hierbij werd het aantal kolonievormende deeltjes (cfp) bepaald van P. fluorescens RIWE in deze monsters, evenals het aantal van de ongemodificeerde ouderstam die op een naastgelegen controleveldje op identieke wijze was aangebracht. In de be-ente toplaag van het proefveldje werd een afname geconstateerd van de aantallen kolonievormende deeltjes van de geintroduceerde micro-organismen ter grootte van 4 tot 5 log10-eenheden. Reeds op dag 2 na be-enting werd verspreiding vanuit de toplaag waargenomen, zowel in de diepte als lateraal. Aanzienlijke aantallen micro-organismen werden waargenomen op een diepte van 20 - 25 cm en ook laterale verspreiding kon worden geconstateerd, zij het in geringere hoeveelheden. Aan het einde van de waarnemingsperiode konden de verspreide micro-organismen nog slechts op enkele monsterpunten en in lage aantallen worden aangetoond. Wat betreft overleving en verspreiding zijn er in dit onderzoek geen aanwijzingen gevonden voor verschillen tussen Pseudomonas fluorescens RIWE8 en de ongemodificeerde ouderstam.

 

RIVM - Bilthoven - Nederland - www.rivm.nl

( 1996-07-31 )