Rapport in het kort
In 1983 bleek dat gemiddeld over Nederland ca 8% van
alle positieve gonokokkenkweken een penicillinase vormer was. Dit betekent
ten opzichte van 1982 (ca 11%) een daling, die voornamelijk wordt
veroorzaakt door een halvering van de PVG-frequentie in Amsterdam. In de
loop van het jaar is ook in Den Haag de PVG-frequentie aanzienlijk gedaald,
namelijk van bijna 20% tot ca 5%. Aan het eind van 1983 was de incidentie
van penicillinase vormende gonokokken in alle belangrijke centra lager dan
10%, de grens waar boven penicilline niet meer als eerste keus middel wordt
aanbevolen bij infecties door N.gonorrhoeae.