Rapport in het kort
Een gemeenschappelijk onderzoek werd georganiseerd om
een methode te testen, die binnen de EEG kandidaat staat als officiele
methode voor het bepalen van aflatoxine B1 in samengestelde diervoeders.
Aan het onderzoek namen 25 laboratoria uit 11 EG-landen deel. Met de
methode, gebaseerd op extractie met chloroform en zuivering over SEP-pak
Florisil en C18 patronen, konden zowel hogedrukvloeistofchromatografie
(HPLC) als dunnelaagchromatografie (DLC) worden toegepast bij de
eindbepaling. Het onderzoek werd in twee gedeelten uitgevoerd: Een
voorstudie, waarbij twee oefenmonsters werden onderzocht en de eigenlijke
studie, waarbij 6 onbekende monsters werden onderzocht met gehalten aan
aflatoxine B1: <2, 8 en 14 mug/kg. Statistische analyse werd uitgevoerd
volgens ISO 5725. Het onderzoek wees uit dat de methode aan de
verwachtingen voldeed. Binnen-laboratorium en tussen-laboratorium spreiding
waren 11% resp. 18% bij contaminatie niveau's van 8 en 14 mug/kg. De
methode is aanbevolen om in de officiele EG-regelgeving te worden
opgenomen.