|   print

Conceptueel model van het grondwaterlichaam Zand-Maas : Resultaten van de pilotstudy
[ Conceptual model of the Zand-Maas Groundwater body : Results of a pilot study ]
 
Spijker J, Vermooten WJSA, de Nijs ACM, Verweij WHJ, Faneca Sanchez M, van Ek R

54 p in Dutch   2010

RIVM rapport 607300016
download pdf (6022Kb)  
Dit rapport is in het Engels verschenen met rapportnummer 607300015  

Toon Nederlands

English Abstract
To create a conceptual model, a clear formulation of the problem is needed in advance. Beforehand, stakeholders (provinces, drinking water companies, water boards, and municipalities) should have mutual agreement for what problem the model is developed. This results form a pilot study where a conceptual model was developed to gain insight in how to collect knowledge about the quantative status of a groundwater body. This conceptual model is a 3D cross section of the quantiative groundwater processes, like infiltration, groundwater flow, and extraction.
The conceptual model was developed for the groundwater body Zand-Maas, located in Brabant and Limburg, South of the Netherlands. Conceptual models are created for the realisation of the Water Framework Directive (WFD). Scientists often use conceptual models, but for many disciplines within the WFD this is a new domain.
Commissioned by the Ministry of Housing, Spatial Planning and Environment, the National Institute for Public Health and the Environment performed the pilot study, together with the Provinces Brabant, Limburg and the research institute Deltares. Besides developing the conceptual model, the pilot aimed at contributing to the discussion around conceptual models. Part of the pilot study was a workshop with scientists, policy makers and other people carrying out the work in the area of groundwater body. According to stakeholders this model promotes the communication between government administrators, researchers, executive organizations and 'Brussels'. Some participants emphasised that the knowledge on which the conceptual models are funded, should be made available in a structured manner.

 

RIVM - Bilthoven - the Netherlands - www.rivm.nl

Display English

Rapport in het kort
Om een conceptueel model voor een grondwaterlichaam te kunnen opstellen, is van tevoren een duidelijke probleemstelling nodig. Stakeholders (provincies, drinkwaterbedrijven, waterschappen en gemeentes) moeten vooraf onderling vaststellen voor welk probleem het conceptueel model wordt opgesteld. Dat blijkt uit een pilotstudy, waarin een conceptueel model is ontwikkeld om kennis over de kwantitatieve toestand van een grondwaterlichaam te verzamelen en inzichtelijk te maken. Dit model is een driedimensionale dwarsdoorsnede van kwantitatieve grondwaterprocessen, zoals grondwaterstromen, water dat in de bodem infiltreert en grondwater dat aan de bodem wordt onttrokken via putten en dergelijke.
Het model is ontwikkeld voor het grondwaterlichaam Zand-Maas, dat in Brabant en Limburg ligt. Conceptuele modellen worden ontwikkeld om de Kader Richtlijn Water (KRW) te kunnen uitvoeren. Wetenschappers maken veel gebruik van conceptuele modellen, maar voor diverse disciplines binnen de KRW is dat nieuw terrein.
Het RIVM heeft de pilotstudy, in opdracht van het ministerie van VROM, met de provincies Noord-Brabant en Limburg en het kennisinstituut Deltares uitgevoerd. Doel van de pilot was om, behalve het model te ontwikkelen, een bijdragen te leveren aan de discussie over conceptuele modellen. Onderdeel van de pilotstudy was een workshop met onderzoekers, beleidsmakers en uitvoerenden uit het gebied van het grondwaterlichaam. Volgens stakeholders bevordert het ontwikkelde model de communicatie tussen bestuurders, onderzoekers, uitvoerende organisaties en 'Brussel' Enkele deelnemers drongen erop aan de kennis waarop conceptuele modellen zijn gebaseerd gestructureerd beschikbaar te maken.

 

RIVM - Bilthoven - Nederland - www.rivm.nl
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM Deltares
( 2010-09-23 )