Alkemade JRM ,
Schouten AJ ,
Kersten P ,
Esbroek MLP van
35 p
in Dutch
1996
Toon Nederlands
English Abstract This study forms part of the project Validation
Toxicity Data and Risk Levels for Soils (Validation Project). Studies to
verify ecotoxicological standards for soil dealt with the representativeness
of laboratory experiments for the toxic effects in the field, field
(mesocosm)-experiments and research in a contaminated area.
Concentration-response relations are described by multiple linear
regression, including soil characteristics as covariables. The field EC5
values were compared to the so-called maximum permissible concentration
(MPC, based on HC5) for ecosystems. A significant relation with zinc in the
soil was found for three (out of 35) nematode genera and the trophic group
of bacterial feeders. The estimated field EC5 for the three genera was
lower than the MPC, but the field EC5 of the bacterial feeding nematodes,
appeared to be higher than the MPC. The heavy metal concentrations in the
soil were correlated to soil pH (r=0.9). This makes it difficult to decide
whether effects are caused by the metal concentrations or the acidity of the
soil. Therefore in complex field situations it is necessary to take soil
characteristics into account in order to explain the ecological effects of
toxicants.
Rapport in het kort
Deze studie is een onderdeel van het project 'Validatie
van toxiciteitsgegevens en risicogrenzen bodem'. Het project heeft tot doel
de ecotoxicologische normstelling voor de bodem nader te onderbouwen. Dit
gebeurt o.a. door onderzoek naar de representativiteit van
laboratorium-gegevens en de ecologische betekenis van risicogrenzen (als MTR
en HC50) in veldsituaties. In het hier beschreven onderzoek wordt, op basis
van veldwaarnemingen, een relatie gelegd tussen de abundanties van
verschillende nematodentaxa en de gehaltes aan zware metalen in de bodem.
Behalve de afzonderlijke taxa worden ook verschillende indices en trofische
groepen in beschouwing genomen. Het onderzoek werd uitgevoerd langs een
gradient van zware-metalenverontreiniging, die is ontstaan rond de
voormalige zinksmelterij van Budelco te Budel-Dorplein. Op basis van de
gevonden relaties werden zoveel mogelijk inschattingen gemaakt van
veld-EC5-waarden voor afzonderlijke taxa, indices en trofische groepen.
Deze niveaus werden vervolgens vergeleken met de maximaal toelaatbare
risico's (MTR) van zware metalen. Een significante relatie met het
zinkgehalte in de bodem kon berekend worden voor drie (van de 35) genera en
een somparameter: de trofische groep bacterie-eters. De geschatte veld-EC5
waarde voor de drie genera liggen onder het MTR van zink, terwijl deze
waarde voor de bacterie-eters beduidend hoger ligt. De bemonsterde gradient
van zware metalen bleek gecorreleerd te zijn aan de bodem-pH (r=0.9). De
gevonden effecten kunnen dus ook verklaard worden uit een relatie met de
zuurgraad van de bodem. In complexe veldsituaties is het daarom
noodzakelijk om de invloed van bodemeigenschappen, op een juiste wijze in de
beoordeling van ecologische effecten te verdisconteren.