English Abstract During the past five years the Environmental Incident
Service of the National Institute for Public Health and Environment has
measured concentrations of a number of toxic compounds released during
fires. Here, results are summarized and systematically tabulated. Downwind
up to several hundred metres from the fire, concentrations of fine
particles, carbon monoxide, volatile organic compounds, PAHs (polycyclic
aromatic hydrocarbons) and several heavy metals (particularly lead, zinc,
copper, titanium, tin, barium and cadmium) released to air are practically
always increased. Concentrations of dioxins and hydrogen chloride are also
high for large amounts of burnt chlorine-containing materials such as PVC.
In a few cases elevated concentrations of hydrogen cyanide were also found.
Analysis of wiped dust and vegetation samples in the downwind area showed,
in some cases, increased levels of PAHs, dioxins and heavy metals. The
exposure of residents through inhalation of the released compounds,
consumption of contaminated vegetation and ingestion of deposited fine
particles was estimated to be below the toxicological limit values, except
for fine particles. A number of residents could have been exposed for
several hours to a concentration higher than the average daily limit value
permitted.
Rapport in het kort
In de afgelopen 5 jaren heeft de Milieu Ongevallen
Dienst (MOD) van het RIVM bij ongeveer twintig grote branden metingen
verricht van een aantal stoffen. In dit rapport worden de resultaten van
deze metingen systematisch gerangschikt met als doel inzicht te krijgen in
welke verbindingen worden geemitteerd bij verschillende soorten branden en
in welke mate deze emissies leiden tot verhoogde concentraties in de
omgeving. Binnen een afstand van enkele honderden meters tot de brand
blijken de concentraties aan fijn stof, koolmonoxide, een aantal vluchtige
organische componenten, Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen en enkele
zware metalen (namelijk lood, zink, koper, titanium, tin, barium en cadmium)
in de lucht vrijwel altijd verhoogd te zijn. Bij branden met grote
hoeveelheden chloorhoudende materialen zoals PVC zijn de concentraties
dioxinen en zoutzuur ook sterk verhoogd. Blauwzuur is enkele malen in hoge
concentraties gevonden. Analyses van veeg- en grasmonsters genomen in het
gebied benedenwinds van de brand geven aan dat ook daarin vaak verhoogde
gehalten aan PAK, zware metalen en dioxinen voorkomen. De geschatte
potentiele blootstelling van omwonenden door inhalatie van bij de branden
vrijgekomen stoffen, door consumptie van tijdens de brand gecontamineerde
gewassen en door ingestie van verspreide stofdeeltjes bleek steeds onder de
toxicologische grenswaarden te liggen. Een uitzondering hierop vormt fijn
stof, waarvan niet kan worden uitgesloten dat een aantal omwonenden
vermoedelijk enige tijd is blootgesteld aan concentraties boven de
daggemiddelde grenswaarde.