Rapport in het kort
68 Monsters moedermelk verzameld via kraamcentra in
Nederland, zijn onderzocht op polychloorbifenylen (PCB's). In tegenstelling
met eerder in Nederland uitgevoerde onderzoeken werd gebruik gemaakt van de
bepalingsmethode van de individuele PCB-congeneren. Voor de zogenaamde
indicatorcongeneren. Voor de 7 zogenaamde indicator-congeneren werden de
volgende mediaanwaarden in ug/kg op vetbasis aangetroffen: 2,4,4'-
trichloorbiphenyl (no. 28): 9.4; 2,2', 5,5'-tetrachloorbiphenyl (no. 52):
minder dan 1.0 ; 2,2', 4,5,5'-pentachloorbiphenyl (no. 101): 9.2 ;
2,3', 4,4', 5-pentachloorbephenyl (no. 118): 39 ; 2,2', 3,4,4', 5'-
hexachloorbiphenyl (no. 138): 120 ; 2,2', 4,4', 5,5'-hexachloorbiphenyl
(no. 153): 110 en 2,2', 3,4,4', 5,5'-heptachloorbiphenyl (no. 180): 68.
Het analyseprogramma omvatte een 20-tal PCB-congeneren, echter in de
gaschromatogrammen van de moedermeldmonsters werden bovendien een 10- tal
onbekende belangrijke PCB-congeneren aangetroffen, die nader
onderzocht