English Abstract To support a chronical carcinogenicity experiment in
the rat, an investigation into the influence of the use of either animal
cages with wire floor or macrolon cages with middle size saw on the kinetics
of oral benzo(a)pyrene in the rat was carried out. Twelve rats, six males
and six females, were used in the experiments. The rats were subjected to
three different treatments: housing in animal cages with wire floor and
intravenous administration of benzo(a)pyrene (treatment A), housing in cages
with wire floor and oral administration of benzo(a)pyrene (treatment B) and
housing in macrolon cages with middle size saw and oral administration
(treatment C). The study was designed as a three way, randomised cross-over
experiment with wash-out periods of one week between the treatments. At the
end of each period of treatment blood samples were taken. After
centrifugation the plasma was stored at -20 degrees C until the samples were
analysed by HPLC. On the basis of the concentrations of benzo(a)pyrene
obtained a number of pharmacokinetic data (AUC 0-t, C-max, t-max, F and MRT)
was calculated. Only at the C-max there was a statistically significant
difference between treatment B and C. No significant differences appeared to
be present between male and female rats. Finally, the conclusion is that
there is no influence on bioavailability if rats are housed in macrolon
cages with middle size saw as compared to wire floor.
Rapport in het kort
Ter ondersteuning van een chronisch
carcinogeniteitsonderzoek bij de rat, werd een onderzoek verricht naar de
invloed van het gebruik van draadbodemkooien of macrolonbakken met
middelgrof zaagsel op de kinetiek van benzo(a)pyreen in de rat na orale
toediening. Bij de experimenten werden 12 ratten, 6 mannetjes en 6
vrouwtjes, gebruikt. De ratten werden onderworpen aan drie behandelingen:
verblijf in draadbodemkooi en intraveneuze benzo(a)pyreen toediening
(behandeling A), verblijf in draadbodemkooien en orale toediening van
benzo(a)pyreen (behandeling B) en verblijf in macrolonkooien met middelgrof
zaagsel bodembedekking en orale toediening (behandeling C). Het experiment
werd als een drieweg gekruiste gerandomiseerde proef opgezet met
uitwasperioden van een week. Aan het einde van elke behandelingsperiode
werd bloed afgenomen. Na centrifugatie van het bloed werd het verkregen
plasma vervolgens bij -20 C opgeslagen totdat de monsters met behulp HPLC
werden geanalyseerd. Op grond van de verkregen benzo(a)pyreen concentraties
werd een aantal farmacokinetische kengetallen (AUC 0-t C-max t-max F en MRT)
berekend. Het blijkt dat er alleen bij de C-max een statistisch significant
verschil optreedt tussen behandeling B en C. Tussen mannelijke en
vrouwelijke ratten bleken voor de genoemde farmacokinetische kentallen geen
significante verschillen op te treden. Er kan tenslotte geconcludeerd
worden dat het voor de biobeschikbaarheid niet uitmaakt of de ratten op
draadbodem- of op zaagselbodemkooien met middelgrof zaagsel
verblijven.