English Abstract There is a growing interest in the concentration of the
finer fraction of Particulate Matter, PM2.5 (in the public domain) in the
Netherlands. In answer to the growing interest, the monitoring system of
this finer fraction needs to be improved. Improvement is also a necessity
to fulfill the requirements of the new directive on cleaner air for Europe
and air quality. Consequently, within the Dutch monitoring systems there
are strict criteria for the performance of continuous automatic PM2.5
measurement systems. To guarantee a univocal check of the particulate
matter concentration, following the upcoming EU Directive on ambient air
quality and cleaner air for Europe, the equivalence of the measurement
systems to the PM2.5 reference method is most important.
The result of a PM2.5 continuous automatic monitoring system performance
test is that there a two continuous automatic systems available that are
equivalent to the reference method. Only one system has hourly mean values
available to inform the public continuously.
Rapport in het kort
In de publieke opinie is een groeiende belangstelling
voor de luchtkwaliteit, waarbij veel aandacht is voor de heersende
fijnstofconcentraties (PM2,5). In antwoord op de groeiende belangstelling
en het voldoen aan het gestelde in de wet- en regelgeving is het toerusten
van monitoringsnetwerken met continue automatische PM2,5-meetsystemen nodig.
Binnen de Nederlandse context gelden strikte eisen voor de prestaties van
automatische continue meetsystemen. De eisen volgen uit de nieuwe Europese
richtlijn voor luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa. Het belang dat
aan deze eisen wordt gehecht blijkt uit een aantal (recente) uitspraken van
de Raad van State. Om de eenduidigheid van toetsen van de heersende
fijnstofconcentraties aan geldende wet- en regelgeving te garanderen staat
de referentiegelijkwaardigheid bij de selectie van automatische continue
meetsystemen centraal.
Uit een gehouden vergelijkende test volgt dat er twee continue automatische
meetsystemen aan de gestelde criteria voor referentiegelijkwaardigheid
voldoen. Slechts een systeem levert daarnaast uurwaarden die wenselijk zijn
om het concentratieverloop gedurende een dag te kunnen volgen, zodat het
publiek hierover kan worden geinformeerd.