English Abstract The toxicity of nine different pesticides or
degradation products to the groundwater copepod Parastenocaris germanica was
investigated in 96 hours exposure experiments with immobility and mortality
as end points. Test compounds were selected for their potential hazard for
groundwater metazoans. The experiments did not always result in distinct
dose-response relationships or give acceptable reproducible results. This
was because of variance in observations probably associated with the
experimental design (small volume and amounts of animals) or heterogeneity
of biological material (field population origin). The most toxic chemicals
to P. germanica appeared to be Fenpropathrin (EC50: 0.006 mug/l) and
Cypermethrin (EC50: 0.02 mug/l), followed by Thiram (EC50: 2.3 mug/l) ;
moderately toxic were Aldicarb-sulfoxide (EC50: <10 mug/l), Aldicarb-sul-
fon (EC50: <180 mug/l), MITC (EC50: 32 mug/l), and Ethoprofos (EC50: 450
mug/l) ; and the least toxic was ETU (EC50: 2330 mug/l). Results of an
experiment with Propoxur were invalid because of 100% mortality in the
solvent control. Close similarity in ecotoxicological profiles of P.
germanica and Daphnia sp. for the investigated compounds seems to exist.
This suggests that data from aquatic ecotoxicology can be sed in the
preliminary ecological hazard assessment of pesticides in
groundwater.
Rapport in het kort
De toxiciteit van negen verschillende
bestrijdingsmiddelen of afbraakproducten voor de grondwater copepod
Parstenocaris germanica is onderzocht. De onderzochte stoffen zijn
geselecteerd vanwege hun potentieel gevaar voor grondwater bewonende
metazoen. Niet alle experimenten lieten een duidelijke dosis-respons
relatie zien of leverden goed reproduceerbare resultaten op. Dit werd
veroorzaakt door een grote variatie in de waarnemingen mogelijk veroorzaakt
door het technisch ontwerp van de experimenten (kleine volumina en aantallen
test organismen) of door heterogeniteit van het biologisch materiaal
(afkomstig van een veldpopulatie). Het meest toxisch voor P. germanica
bleken Fenpropathrin (EC50 0.006 mug/l) en Cypermethrin (EC50: 0.02 mug/l)
te zijn, gevolgd door Thiram (EC50: 2.3 mug/l); matig toxisch waren
Aldicarb-sulfoxide (EC50:
RIVM - Bilthoven - Nederland - www.rivm.nl