English Abstract Basic groundwater values are concentrations in natural
aerial deposition, multiplied by condensation factors derived from
evapotranspiration in the actual landscape. They can serve as reference
values for limit values and also for determining anthropogenic influences on
groundwater. Groundwater basic values and basic values for atmospheric
deposition in the Netherlands were derived from groundwater with long travel
times in the soil, sampled in the national (LMG) and provincial groundwater
monitoring networks (PMG). Groundwater from areas with natural vegetation,
having resided a large time in a sandy soil, is discharged by the Veluwe
sprengen, where investigations included the analysis of 50 trace elements.
Comparison of the concentrations of trace elements in groundwater with
travel times of more than 50 years under natural vegetation and those in
Veluwe sprengen water showed the effects of variations in
evapotranspiration, leading to different condensation factors. Human
activities (acidification) cause high concentrations of metals in
groundwater with short travel times under natural vegetation. Other trace
elements and most major compounds have the highest concentrations in recent
groundwater under agriculture (fertiliser). The national target levels for
groundwater in LMG and PMG are often exceeded for Cd, Cu, Ni, Pb and Zn and,
notably, for groundwater with the shortest travel times in the soil of both
agricultural grounds and areas with natural vegetation. Recently
infiltrated groundwater was observed in the National Soil Monitoring Network
(LMB). Results indicated an increased aerial deposition of metal elements
on natural vegetation showing a south to north trend over the Netherlands.
Areas with intensive husbandry, sampled in LMB, show increased values for As
and total-P, the concentrations of the other elements being only slightly
higher if compared to normal agricultural soils.
Rapport in het kort
Basiswaarden voor het zoete grondwater zijn
gedefinieerd als de concentraties van stoffen in het grondwater die
uitsluitend zijn ontstaan uit natuurlijke neerslag in het huidige landschap.
Metingen aan grondwater met reistijden van meer dan 50 jaar in de bodem van
gebieden met een natuurlijke vegetatie uit de Landelijke en Provinciale
Meetnetten Grondwaterkwaliteit (LMG, PMG) en uit de sprengen van de Veluwe
zijn bewerkt om basiswaarden te bepalen voor 50 anorganische spoorelementen.
De gegevens uit LMG en PMG waren onvoldoende consistent om ze in samenhang
te beschouwen; de resultaten van PMG zijn niet gebruikt. Concentraties in
natuurlijke neerslag kunnen uit de basiswaarden voor het grondwater worden
afgeleid. Basiswaarden dienen in beschouwing genomen te worden bij de
vaststelling van streef- en grenswaarden om ongewenste overschrijdingen te
voorkomen. De basiswaarden voor Cd, Cu en Ni zijn vrijwel gelijk aan de
thans geldende streefwaarden, zodat overschrijdingen veel voorkomen. De
basiswaarden maken het mogelijk om veranderingen in de samenstelling van het
grondwater door menselijke invloed te bepalen. Uit een vergelijking van de
concentraties in grondwater met lange (meer dan 50 jaar) en korte (minder
dan 25 jaar) reistijd in de bodem blijkt dat menselijke invloeden
aantoonbaar zijn. Hoge concentraties van de metalen Al, Cd, Cu, Pb, Ni en
Zn worden vooral als gevolg van verzuring gevonden in grondwater met korte
reistijden onder natuurlijke vegetatie. Overschrijdingen van de
streefwaarden zijn aanzienlijk in het zuidelijk zandgebied en iets minder
groot in de overige. Andere stoffen hebben de hoogste concentraties in
ondiep grondwater onder landbouw (bemesting). Recent in de bodem
geinfiltreerd grondwater is bemonsterd in het Landelijk Meetnet
Bodemkwaliteit (LMB). Uit deze gegevens volgt dat een toegenomen
atmosferische depositie van Cd, Cu en Ni merkbaar is in het grondwater van
natuurgebieden. De verschillen in de concentraties van veel spoorelementen
zijn relatief gering voor ondiep grondwater onder diverse vormen van
landbouw.