English Abstract A preliminary investigation was conducted on the
occurrence of particular pesticides in the soil. The aim was to gain
insight into the appearance and behaviour of pesticides in soil from the
plough layer in order to support the admission policy. Seven pesticides
were chosen for determination on the basis of their accumulation properties
and their market share. Four pesticides were found in the plough layer:
atrazine, fenpropimorph, parathion and simazine. The amounts measured did
hardly exceed the detection limit, with the exception of atrazine which
showed relatively high levels for a number of plots, but also a decline in
time. Paraquat, pencycuron and pirimicarb could not be detected in any of
the plots. The measured amounts correspond reasonably well with the amounts
calculated with the simulation model PESTLA.
Rapport in het kort
Een eerste inventariserend onderzoek is verricht om een
globaal inzicht te krijgen in het voorkomen van bestrijdingsmiddelen in de
bodem. Daartoe werd een zevental bestrijdingsmiddelen geselecteerd en een
bemonsteringsprogramma opgezet. Een viertal bestrijdingsmiddelen kon worden
aangetoond: atrazin, fenpropimorf, parathion en simazin. De bepaalde
gehalten lagen niet ver boven het detectieniveau. Uitzonderingen hierop
waren de atrazingehalten welke voor een aantal percelen relatief hoog waren,
maar waarvoor ook een duidelijke afname in de tijd werd waargenomen. De
stoffen paraquat, pencycuron en pirimicarb werden in geen enkel monster
aangetroffen. De gemeten bestrijdingsmiddelgehalten komen redelijk overeen
met de berekende gehalten uit het simulatiemodel PESTLA. Voor zowel
atrazin, parathion als simazin werden de streefwaarden overschreden. De
betekenis van deze gehalten en overschrijdingen kan op basis van de beperkte
gegevens en het inventariserende karakter van de studie nog niet worden
vastgesteld.