English Abstract This report evaluates voluntary climate change
initiatives by US business and industry geared to reducing greenhouse gases.
We conclude that most of them do not even meet the minimum requirements to
be qualified as serious efforts. They lack sufficient information, ambition
and direction. Targets are unclear, and in most cases, the information and
data fail to assess or even calculate the impact of these initiatives on
greenhouse gases. The lack of good governance and transparency at
governmental and industrial levels points to a serious gap in the US climate
policy framework. Experiences with voluntary approaches in the Netherlands
demonstrate several lessons and success factors for improving the
effectiveness and feasibility of the US voluntary efforts. An annual
assessment, or an official mid-term review in 2007, can contribute to
further assessment of progress and make the US voluntary efforts more
credible. Following the Dutch experience, these tasks can be effectively
delegated to an independent organisation. Finally, a political option to
induce compliance is to have the (federal) government develop fall-back
policies, including alternative policy instruments or, as a last resort,
introduction of financial penalties as punitive
measures.
Rapport in het kort
Deze rapportage evalueert de vrijwillige initiatieven
van het Amerikaanse bedrijfsleven om invulling te geven aan het Climate
Change Initiative van President Bush. Het merendeel van deze vrijwillige
initiatieven voldoet niet aan de minimum voorwaarden om als serieuze
inspanningen te kunnen worden beschouwd. Er is een groot gebrek aan
transparantie, ambitie en structuur. Doelstellingen zijn onduidelijk en in
de meeste gevallen is er geen of onvoldoende informatie om het effect op de
broeikasgasemissies te kunnen berekenen. Dit gebrek aan transparantie en
goed bestuur op zowel overheid- als bedrijfsniveau duidt op een ernstige
tekort in het beleidskader in de VS. De ervaring met vrijwillige
inspanningen in Nederland leert dat er een aantal lessen en succesfactoren
zijn die de effectiviteit van de initiatieven in de VS kunnen verbeteren.
Een tussentijdse evaluatie van de vrijwillige initiatieven in 2007 met de
mogelijkheid om bij te sturen vergroot ook de geloofwaardigheid van de
aanpak. De meeste van deze genoemde factoren kunnen worden gedelegeerd naar
een deskundig, betrouwbaar en onafhankelijke organisatie naar bijvoorbeeld
Nederlands model. Tot slot, kunnen terugvalopties voor beleid, zoals
bijvoorbeeld energiebelastingen, als stok achter de deur naleving door het
bedrijfsleven bevorderen.