|   print

Greenhouse gas emissions in the Netherlands 1990 - 1995. Methodology and data for 1994 and provisional data for 1995
[ Broeikasgasemissies in Nederland 1990 - 1995. Methode en data voor 1994 en voorlopige data 1995 ]
 
Spakman J, Olivier JGJ, van Amstel AR

97 p in English   1996

RIVM Rapport 773001011
download pdf (4065Kb)  

Toon Nederlands

English Abstract
The inventory presented in this report complies with the obligations under the European Union's Greenhouse Gas Monitoring Mechanism and the UN-FCCC for emission reports on all greenhouse gases not covered under the Montreal protocol. This inventory of greenhouse gas emissions in the Netherlands has been prepared according to the IPCC Guidelines on the basis of figures provided by the Environmental Balance 1996. A short description is given on how the Guidelines have been applied in the Netherlands. Differences between IPCC sectors and target groups in the Netherlands are addressed and resulting emission differences accounted for. Time series on emissions between 1990 and 1995 are presented for all non-ODP greenhouse gases. In 1994, carbon dioxide emissions were 2.8% higher than in 1990. In the period 1990-1994 methane emissions decreased by 3%, nitrous oxide emissions increased by 11% and CO2-equivalent emissions of HFCs, PFCs, and SF6 increased by 17%. The total emissions of non-ODP greenhouse gases increased by 3% from 1990 to 1994, mainly due to increasing emissions of CO2 and HFCs. In 1994, non-CO2 gases contributed about 22% to all CO2-equivalent emissions in that year. CH4 contributed about 10%, N2O about 8% and the non-ODP halocarbons about 4%. Provisional data suggest an increase of 3.9% carbon dioxide emissions in 1995 due to increased energy use. The emissions of HFCs were 33% higher in 1995 than in 1994.

 

RIVM - Bilthoven - the Netherlands - www.rivm.nl

Display English

Rapport in het kort
Met het rapport wordt voldaan aan de verplichtingen die voortvloeien uit het bewakingsmechanisme voor broeikasgasemissies van de Europese Unie alsmede van het Klimaatverdrag. Daarbij gaat het om emissierapportages van alle broeikasgassen die niet onder het Montreal protocol vallen. De gepresenteerde Nederlandse broeikasgasemissies zijn bepaald conform de richtlijnen van de IPCC en gebaseerd op cijfers uit de MilieuBalans 1996. Er wordt een korte beschrijving gegeven van de wijze waarop de IPCC richtlijnen in Nederland zijn toegepast. Verschillen tussen IPCC sectoren en Nederlandse doelgroepen worden toegelicht en de resulterende verschillen in emissiecijfers gequantificeerd. Voor alle broeikasgassen wordt een tijdreeks 1990-1995 gepresenteerd. In 1994 waren de CO2-emissies 2,8% hoger dan in 1990. In diezelfde periode daalde de emissies van methaan met 3%, stegen de emissies van lachgas met 11% van HFK's, PFK's en SF6 met 17%. De totale emissie in CO2-equivalenten van broeikasgassen die niet onder het Montreal-protocol vallen, steeg tussen 1990 en 1994 met 3%. Dit kwam voornamelijk door de toename van de emissie van CO2 en HFK's. De niet-CO2-broeikasgassen hadden in 1994 een aandeel van 22% in het totaal van broeikasgasemissies, waarvan methaan 10%, lachgas 8% en de gehalogeneerde koolwaterstoffen zonder ozon-aantastende werking 4%. De voorlopige cijfers voor 1995 laten een sterke toename van CO2-emissies zien (3,9%) alsmede van HFK's (33%).

 

RIVM - Bilthoven - Nederland - www.rivm.nl
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM
( 1996-12-31 )