Rapport in het kort
Het gedrag van het herbicide Atrazine in de bodem is in
het laboratorium onderzocht met behulp van grondkolommen. Over de proeven
en de resultaten werd door Loch e.a. in 1985 gerapporteerd. Met behulp van
model ONZAT werd de gemeten doorbraakkromme van Atrazine in een podzolgrond
gesimuleerd. Daarbij is gebruik gemaakt van de bodemfysische parameters van
matig grof zand, zoals gepubliceerd door Rijtema (1969). De
adsorptie-isotherm van Atrazine is bepaald d.m.v. schudproeven. De
halfwaardetijd van Atrazine is berekend uit een soortgelijk experiment met
een eerdgrond. De berekende doorbraakkrommen vertonen allemaal hetzelfde
euvel, nl. dat ze te vroeg komen in vergelijking tot de gemeten
doorbraakkromme. Dit is enigzins te verbeteren door een grotere adsorptie
en afbraak aan te nemen. De oorzaak van de vertraagde doorbraak kan liggen
in de ongelijke verdeling van het aan de kolom toegevoerde demiwater aan het
bodemoppervlak.