English Abstract An unfavourable effect of flying is the enhanced
exposure of both passengers and aircrew to cosmic radiation at high
altitudes. On the basis of a detailed survey on passengers arriving at or
departing from Amsterdam Schiphol Airport in the 1988-1997 period, estimates
of individual effective dose for specific destinations and the collective
dose for all passengers travelling through Amsterdam Schiphol Airport in the
Netherlands were calculated. Most of the flights were regional European
flights, resulting in individual effective doses of 1-15 mu Sv. Individual
effective doses from intercontinental flights to North America and the Far
East were mostly found in the range of 30-60 mu Sv per flight. These values
may vary up to about 15% due to the solar cycle. The individual effective
dose on a one-way flight averaged over all flights was approximately 18 mu
Sv. A group consisting of 4000 frequent flyers may receive doses above 1
mSv a-1, while within the special group of couriers individual effective
doses of 10 mSv a-1 are possible. For aircrews, a dose range of 1.5-5.7
mSv a-1 was determined for 1000 block hours of flying. In the Netherlands
the average annual dose to non-flying individuals from all sources of
ionising radiation was 2.5 mSv a-1, while the average annual dose from
cosmic radiation in particular was 0.28 mSv a-1. The collective dose for
passengers flying through Schiphol increased from 230 to 600 manSv from 1988
to 2002. With an expected further growth in transport, the collective dose
will reach 1100 manSv in 2015.
Rapport in het kort
Naast ongevallen is een negatief gevolg van
vliegverkeer de blootstelling van mensen aan een verhoogde dosis kosmische
straling. Het dosistempo kan op een vlieg-hoogte van tien kilometer een
factor 100 hoger zijn dan op zeeniveau. Op basis van een gedetailleerd
overzicht van passagiers die via Schiphol vliegen, is voor de periode
1988-1997 de individuele dosis voor specifieke reisbestemmingen en de
collectieve dosis voor alle passagiers berekend. Door het feit dat de
meeste passagiers die Schiphol aandoen binnen Europa blijven, wordt de
dosisverdeling deels bepaald door een 'laag' dosisbereik voor continentale
vluchten van, afhankelijk van de afstand, 1-15 mu Sv per vlucht (enkele
reis) en deels door een 'hoog' dosisbereik van circa 30-60 mu Sv per vlucht
voor intercontinentale vluchten naar Noord-Amerika en het Verre Oosten.
Onder invloed van de elfjarige zonnecyclus kan deze dosis per vlucht,
afhankelijk van de bestemming, nog tot plusminus 15 % varieren. De
gemiddelde individuele dosis per enkele reis is bepaald op circa 18 mu Sv.
Circa 80.000 (zaken)mensen, uit Nederland afkomstig, maken jaarlijks meer
dan tien retourvluchten en circa 4000 van hen ontvangen daarbij jaarlijks
een dosis boven de 1 mSv. Binnen de speciale groep van koeriers zijn
daarbij individuele jaardoses tot 10 mSv mogelijk. Voor bemanningsleden is
een dosisinterval berekend, dat bij een vliegtijd van 1000 blokuren per
jaar, 1,5 - 5,7 mSv bedraagt. De collectieve dosis voor passagiers via
Schiphol is in de periode van 1988-2002 van circa 230 tot 600 mensSv
toegenomen. Naar verwachting zal dit verder toenemen tot 1100 mensSv in
2015.