De veiligheid van het nanomateriaal SAS in voeding blijft onzeker. Voedseladditief E551 bestaat uit ‘synthetisch amorf silica’ (SAS) en wordt toegepast als antiklontermiddel. Het is aanwezig in producten als coffeecreamer, soep-, saus- en kruidenmixen.
Ondanks dat er nieuw onderzoek is gedaan kan nog steeds geen uitspraak over het gezondheidsrisico worden gedaan. RIVM komt wel tot nieuwe inzichten die de risicobeoordeling concreter en kwantitatiever maken dan voorheen mogelijk was. Hieruit blijkt dat gezondheidseffecten als gevolg van SAS in voeding mogelijk zijn.
In de studie heeft het RIVM berekend hoe hoog de concentratie van silica in de lever van de mens kan worden als hij levenslang voedingsmiddelen met SAS eet. Vervolgens is deze concentratie vergeleken met de concentratie in de lever van proefdieren waar SAS ontstekingseffecten veroorzaakte. De berekende concentratie in de lever van de mens waren op hetzelfde niveau als bij deze proefdieren waar effecten zijn gevonden. Dit suggereert dat gezondheidseffecten als gevolg van SAS in voeding mogelijk zijn.
Aannames en onzekerheden
Deze bevinding moet wel gezien worden in het licht van de aannames en onzekerheden die nodig waren om iets te kunnen zeggen over het risico. Voor nanomaterialen zijn deze onzekerheden en aannames groter dan gebruikelijk vanwege gebrek aan basale kennis. Zo is bijvoorbeeld onzekerder hoe een juiste vertaalslag van dier naar mens gemaakt moet worden om zo de concentratie in de lever van de mens te schatten.
Het werk is uitgevoerd in opdracht van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). In de beoordeling is er met name gebruik gemaakt van nieuwe studies van RIKILT – Wageningen UR beschreven in een wetenschappelijke publicatie en van het EU (Europese Unie)-project Nanogenotox.
Vervolgonderzoek
Vanwege het wijdverspreide gebruik van SAS in voeding is verder inzicht in mogelijke risico’s nodig. Het RIVM gaat daarom met UMC Utrecht, RIKILT – Wageningen UR (Wageningen University en Research ) en de NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit) vervolgonderzoek doen naar de hoeveelheid SAS deeltjes in de mens, waaronder de lever.
SAS valt binnen de huidige aanbeveling over de Europese definitie van een nanomateriaal vanwege de kleine primaire deeltjes en het grote oppervlak.