Hepatitis B is een besmettelijke ziekte. Mensen krijgen het door een virus.

Door het virus krijgt u een ontsteking van de lever. Soms kan dit ernstige gevolgen hebben.

De meeste mensen met hepatitis B zijn niet ziek. Je kunt het virus al bij je hebben en al besmettelijk zijn vóórdat je klachten hebt, of zelfs zónder dat je klachten hebt. Je blijft besmettelijk totdat het virus uit je lichaam verdwenen is.

De klachten kunnen zijn:

  • erg moe,
  • gevoel alsof je griep krijgt,
  • koorts,
  • weinig zin in eten,
  • pijn boven in de buik, aan de rechterkant,
  • geel worden van de huid en het oogwit,
  • donkere urine,
  • licht gekleurde ontlasting.

De klachten duren meestal een paar weken. Het kan ook langer duren tot wel 3 maanden.

De tijd tussen besmet raken en ziek worden is 1 tot 6 maanden.

Het virus zit in:

  • bloed,
  • sperma,
  • vocht uit de penis,
  • vocht uit de vagina.

Mensen kunnen op verschillende manieren besmet raken:

  • Tijdens de bevalling.
    Heeft een zwangere vrouw hepatitis B? Dan kan ze tijdens de bevalling de baby besmetten. Veel mensen met hepatitis B zijn op deze manier besmet geraakt.
  • Door onveilige seks met iemand die besmet is. Dus zonder een condoom.
  • Als besmet bloed in een wondje terecht komt.
  • Als besmet bloed op slijmvlies komt. Bijvoorbeeld in de ogen of de binnenkant van de mond.
  • Wanneer speeksel waar bloed in zit in een wondje of op slijmvlies komt.
  • Door prikken aan een naald die door iemand anders gebruikt is.
  • Door bijten of gebeten worden, waarbij bloed in de wond komt.
  • Door een tatoeage of piercing te laten zetten waarbij geen schone naalden worden gebruikt.

Bloed zit soms op heel gewone dingen zonder dat je het merkt. Zoals op een scheermes of tandenborstel. In een gezin gebruiken mensen deze wel eens samen. Zo kan iemand door het virus besmet raken.

Je kan niet besmet raken door gewoon contact zoals handen geven, knuffelen of een zoen geven. Je kan ook niet besmet raken door het samen gebruiken van servies, bestek of een toilet.

Iedereen kan hepatitis B krijgen.

Sommige mensen hebben meer kans om besmet te raken:

  • mensen die samen in een huis wonen met iemand die hepatitis B heeft,
  • mensen die seks hebben met iemand die hepatitis B heeft.
     

Zit het virus al jaren in iemands lichaam? Dan is er meer kans om erger ziek te worden door het virus. Iemand kan dan bijvoorbeeld leverkanker krijgen

Iemand die hepatitis B heeft gehad en het virus niet meer heeft, kan de ziekte niet opnieuw krijgen.

Er is een inenting om de ziekte te voorkomen. Deze inenting is opgenomen in het Rijksvaccinatieprogramma. Sinds 2012 krijgen kinderen deze inenting meerdere keren op het consultatiebureau. U kunt ook naar de huisarts gaan.

En verder:

  • Gebruik je tandenborstel alleen voor jezelf.
  • Gebruik je scheermes alleen voor jezelf.
  • Gebruik je nagelschaar, vijl of pincet alleen voor jezelf.
  • Pas op met bloed bij wondjes verbinden, gebruik waterdichte pleisters.
  • Vrij veilig, dus met condoom.
  • Gebruik geen injectienaalden die door anderen zijn gebruikt.

Heb je een wondje en is daar bloed in gekomen van iemand die besmet is? Laat dan het wondje goed bloeden en spoel het onder de kraan met lauw water. Doe er daarna jodium op en bel de huisarts.

Heeft u onveilige seks gehad met iemand die besmet is? Ga dan naar de huisarts. Of maak een afspraak met het team seksuele gezondheid van de GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke Gezondheidsdienst).

Als je zwanger bent, wordt je bloed onderzocht op hepatitis B. Dat gebeurt bij iedereen in Nederland. Als de zwangere vrouw besmet is met het hepatitis B-virus, dan krijgt de baby meteen na de geboorte een injectie. In deze injectie zitten stoffen die het kind direct beschermen tegen hepatitis B. De baby krijgt daarna een serie inentingen om zelf afweer op te bouwen. Deze inentingen worden op het consultatiebureau gegeven.

Krijgt iemand hepatitis B als hij volwassen is? Dan gaat de ziekte meestal vanzelf over.

Soms blijft het virus toch in het lichaam aanwezig. Waardoor dit komt is niet bekend.

Is iemand besmet geraakt en blijft het virus aanwezig in het lichaam? Dan heet dit chronische hepatitis B. Iemand heeft dan meestal geen klachten maar kan anderen wel besmetten.

Iemand met chronische hepatitis B moet zich regelmatig laat onderzoeken. Maak hiervoor een afspraak met de huisarts. Soms heeft iemand met chronische hepatitis B medicijnen nodig. Daarvoor moet je naar een specialist in het ziekenhuis.

Voelt iemand met hepatitis B zich goed? Dan kan hij gewoon naar de kinderopvang, school of werk.

Heb je meer vragen over hepatitis B?

Vraag het de GGD-afdeling Infectieziekten of de huisarts.