Dit stappenlan kan gebruikt worden voor de beleidsadvisering richting gemeenten en provincie met als doel de luchtkwaliteit te verbeteren. Het onderstaand stappenplan is gebaseerd op Joaquin, Decision Support Tool (Frumau et al. 2015).

Stap 1: Ken de lokale situatie

Wat is de luchtkwaliteit ter plaatse?

  • Gebruik hiervoor gegevens uit de Atlas Leefomgeving of Monitoringstool, en verzamel kennis en kunde binnen de gemeente (gemeenteambtenaren, betrokken adviesbureaus, GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke Gezondheidsdienst)).
    Aandachtspunten zijn (niet altijd allemaal van toepassing):
    • De (bevolkingsgewogen) luchtkwaliteit: in zijn geheel, en de verschillende componenten.
    • Ruimtelijke variatie: waar bevinden zich de 'vuile plekken'? Welke en hoeveel gevoelige objecten liggen in de directe omgeving?
    • Variatie in de tijd: wat zijn de 'vuile periodes' (seizoensgebonden, dag van de week, uur van de dag)?
  • Wat zijn de meest overheersende bronnen van luchtverontreiniging?
    NB. Hierbij kunnen ook per component, ruimtelijk en in de tijd verschillen optreden.
    • Wat is de meest overheersende bron van luchtverontreiniging?
    • En zijn er binnen dit brontype specifieke 'vervuilers'? Zo stoten oudere en zware dieselvoertuigen veel meer fijn stof en roet uit dan de meeste andere voertuigen op de weg. Enkele procenten van het wegverkeer zijn verantwoordelijk voor het grootste deel van de uitstoot.
  • Wie heeft waardevolle informatie?
    • Raadpleeg deze mensen en/of werk met hen samen. Denk aan mensen in de domeinen:
      •  Ruimte: milieu, verkeersplanning, infrastructuur, (openbaar) vervoer, ruimtelijke ordening, stadsplanning, energie, geluid.
      •  Volksgezondheid: beleid, GGD (milieu&gezondheid, epidemiologie, gezondheidsbevordering).
      •  En ook niet-gouvernementele organisaties (zoals milieubeweging, fietsersbond, patiëntenorganisaties), de private sector, bedrijven (bijv bij autodelen, vrachtinitiatieven, ‘green deals’, etc).

Stap 2: Formuleer Doel en Ambitie

Wat drijft de behoefte aan een betere luchtkwaliteit? Is het de wetgeving of uw streven naar een betere leefomgeving en gezondheid?

  • Wetgeving: Voldoen aan de Europese (of nationale) richtlijnen Luchtkwaliteit.
  • Een gezondere leefomgeving creëren:
    •  Voldoen aan de EU Europese Unie (Europese Unie)-richtlijnen door te voldoen aan de WHO World Health Organization (World Health Organization)-richtlijnen (die veel strenger zijn).
    •  Het effect van een slechte luchtkwaliteit op de volksgezondheid te beperken door de bronnen te scheiden van de (hooggevoelige) bevolking door middel van ruimtelijke ordening, infrastructuur of andere beleidsmaatregelen.

Stap 3: Kies een (aantal) maatregel(en)

Zie hiervoor elders in de richtlijn, ook kan de website samen voor zuivere lucht ter inspiratie dienen (de maatregelen uit het bovengenoemde JOAQUIN project zijn hierin opgenomen). 

Stap 4: Zorg ervoor dat informatie en ambitie overeenstemmen

Bepaal de doeltreffendheid van voorgestelde maatregel(en) op de luchtkwaliteit. Afhankelijk van uw doel en ambitie, kan dit een ruwe indicatie zijn, of kan een component specifieke en nauwkeurige (model)berekening noodzakelijk zijn.

  • Voldoen aan EU-wetgeving: gebruik de NSL Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit) Rekentool voor lokale schattingen, focus op PM10 fijnstof (fijnstof) en NO2.
  • Gezonde(re) leefomgeving: iedere verbetering van de luchtkwaliteit draagt bij. Kijk (juist) ook naar roet, PM2,5 fijnstof (fijnstof) en UFP ultrafine particles (ultrafijne deeltjes) (ultrafine particles (ultrafijne deeltjes)). Ook beperken van blootstelling van de bevolking (en/of het hooggevoelige deel daarvan hoort hier bij).

Stap 5: Zorg voor voldoende draagvlak voor ambities en voorgestelde maatregelen

Maatregelen hebben vaak invloed op gewoonten of vragen investeringen door de samenleving, bedrijven en/of overheden. Houdt daarom rekening met weerstand.

  • Politieke ondersteuning is cruciaal. Publieke steun is noodzakelijk, op zijn minst van de politieke achterban van de beleidsvormer ter plaatse. Publieke steun is dus een noodzaak voor politieke ondersteuning.
  • Draagvlak wordt vaak beïnvloed door:
    • Een gevoel van dringende noodzaak: is de politicus/beleidsvormer overtuigd van de noodzaak om de luchtkwaliteit te verbeteren?
    • Vertrouwen in de maatregel: leidt de voorgestelde maatregel tot het gewenste resultaat? Gebruik elders verzamelde informatie (zie de factsheets van de Decision Support Tool ter inspiratie) en (model)prognoses voor uw lokale situatie.
    • Kosteneffectiviteit: is het resultaat van de maatregel in overeenstemming met de vereiste investeringen?
    • Co-benefits: maatregelen die meerdere doelen dienen (bijvoorbeeld geluid-, klimaat- of gezondheidsbeleid) hebben vaak meer draagvlak.

Houd rekening met sociale en economische rechtvaardigheidsaspecten en politieke gevoeligheden wanneer de maatregel overheidsinvesteringen vereist. Om publieke steun te krijgen, moet u er rekening mee houden dat maatregelen die het dagelijkse leven (sterk) beïnvloeden, als geldverslindend worden gezien (ook als ze niet echt veel kosten) – na verloop van tijd lijkt dit weg te ebben (Börjesson et al. 2012).