Samenvatting stikstof in slootwater

Op de bedrijven in het Basismeetnet wordt  de kwaliteit van het slootwater zowel in de winter als in de zomer gemeten. Het wintermeetnet is actief sinds 1992. Van de zomermetingen is een minder lange trendlijn beschikbaar dan van de winterperiode omdat hier in 2008 mee is begonnen.

De concentratie opgelost stikstof in het slootwater is in de zomer gemiddeld lager dan in de winter. Dit komt omdat stikstof in de zomer grotendeels wordt opgenomen door algen en (water-)planten. De Zandregio heeft de hoogste gemiddelde stikstofconcentratie in het slootwater. In de winter worden er hogere concentraties gemeten in de Kleiregio dan in de Veenregio. In de zomer worden in beide regio’s vergelijkbare concentraties gemeten. In de Lössregio komen nauwelijks sloten voor. Voor deze regio zijn geen meetgegevens beschikbaar.

Concentraties van opgelost stikstof kunnen variëren over de tijd door bijvoorbeeld weerseffecten of veranderingen van de steekproef (bedrijven verlaten soms het meetnet waardoor nieuwe bedrijven geselecteerd moeten worden).

In het LMM Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid (Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid) worden de watermonsters gefiltreerd. Daardoor wordt het organisch materiaal (en daarmee organische stikstof en fosfaat) deels weggevangen. We rapporteren daarom ook opgelost totaal stikstof en opgelost totaal fosfor. Om te kunnen vergelijken met andere meetnetten waarin analyses plaatsvinden op ongefiltreerde monsters (zoals het MNLSO), meten we in het LMM sinds 2018 aanvullend ook ongefiltreerd in slootmonsters tijdens de zomer. De resultaten daarvan zijn via de selectietool beschikbaar.

Hieronder worden de volledige resultaten weergegeven per regio en bedrijfstype.

De opgelost stikstofconcentratie in het slootwater is in de zomer gemiddeld lager dan in de winter (Figuur 1). Dit komt omdat stikstof in de zomer grotendeels wordt opgenomen door algen en (water-)planten.

De Zandregio heeft de hoogste gemiddelde stikstofconcentratie in het slootwater. De gemiddelde winter-stikstofconcentratie in deze regio is tussen 2006 en 2016 afgenomen. In de periode 2016-2019 is deze weer fors toegenomen. Ook in de Kleiregio en in mindere mate in de Veenregio is de winter-stikstofconcentratie toegenomen in de periode 2016-2019. Deze stijging is zeer waarschijnlijk het gevolg van de droogte in deze periode. De laatste twee jaar is voor alle regio’s een daling zichtbaar in de winter-stikstofconcentratie. De zomerconcentraties vertonen geen duidelijke trend.

In de Lössregio komen nauwelijks sloten voor. Voor deze regio zijn geen meetgegevens beschikbaar.

Niet alle bedrijven hebben sloten. Dit hangt samen met de regio waarin het bedrijf gevestigd is. Niet voor elke regio en seizoen is eenzelfde trendperiode beschikbaar omdat de meetprogramma’s per regio soms later zijn ingevoerd.

Voor alle regio’s en bedrijfstypen geldt dat er minimaal 10 deelnemers nodig zijn om een gemiddelde te kunnen tonen. Wanneer er in een jaar minder dan 10 deelnemers zijn, dan wordt de betreffende trendlijn onderbroken. Deze loopt door zodra er in een jaar wel weer meer dan 10 deelnemers zijn. De bedrijfstypen met minder dan 10 deelnemers binnen een regio worden wel in de gemiddelde (gewogen) jaarwaarden voor een regio meegenomen.

Ontwikkeling opgelost totaal Stikstofconcentratie per grondsoortregio, gemeten in het winter- en zomerseizoen

Figuur 1 Ontwikkeling opgelost totaal stikstofconcentratie per grondsoortregio, gemeten in het winter- en zomerseizoen.

Zie voor de resultaten van het laatste meetjaar 2021 de overzichtstabel.

Binnen het LMM Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid (Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid) wordt de waterkwaliteit gemeten op verschillende agrarische bedrijfstypen. Dit zijn Melkveebedrijven, Akkerbouwbedrijven en Dierbedrijven.

Kleiregio

Ontwikkeling opgelost totaal Stikstofconcentratie in de Kleiregio, gemeten in het winter- en zomerseizoen

Figuur 2 Ontwikkeling opgelost totaal stikstofconcentratie in de Kleiregio, gemeten in het winter- en zomerseizoen

In de Kleiregio zien we in de periode tussen 2007 en 2016 een daling in de gemiddelde winter-stikstofconcentratie in het slootwater (Figuur 2). In 2016 is een forse stijging zichtbaar op Dierbedrijven. Vanaf 2018 stijgt de gemiddelde concentratie voor alle bedrijfstypen. Deze stijging is het grootst op Akkerbouwbedrijven. Dit heeft zeer waarschijnlijk te maken met de droogte die de zomers in deze periode kende. De afgelopen jaren daalt de winter-stikstofconcentratie weer op Akkerbouwbedrijven. De zomerconcentraties fluctueren minder sterk dan de winterconcentraties.

Veenregio

Ontwikkeling opgelost totaal Stikstofconcentratie in de Veenregio, gemeten in het winter- en zomerseizoen


Figuur 3 Ontwikkeling opgelost totaal stikstofconcentratie in de Veenregio, gemeten in het winter- en zomerseizoen

In de Veenregio bemonsteren we alleen Melkveebedrijven. Voor dit bedrijfstype liggen de gemiddelde opgelost stikstofconcentraties in het slootwater in de zomerperiode rond 3 mg/l (Figuur 3). In de winterperiode is sprake van een licht schommelend beeld van waarden net onder 5 mg/l.

Zandregio

 

Ontwikkeling opgelost totaal Stikstofconcentratie in de Zandregio, gemeten in het winter- en zomerseizoen

Figuur 4 Ontwikkeling opgelost totaal stikstofconcentratie in de Zandregio, gemeten in het winter- en zomerseizoen

In de Zandregio is de gemiddelde stikstofconcentratie in het slootwater in de winter hoger dan in de zomer (Figuur 4). In de winter worden in het algemeen de hoogste stikstofconcentraties gemeten op Akkerbouwbedrijven. Door een forse stijging in de winter-stikstofconcentratie op Melkveebedrijven kwam de concentratie in 2018 dichtbij de concentratie op Akkerbouwbedrijven te liggen. Deze forse stijging is zeer waarschijnlijk het gevolg van droogte. In de zomerperiode blijft de concentratie vaak onder 5 mg/l.