Bij het berekenen van geluidhinder worden blootstelling-effect relaties gebruikt, zie de pagina Geluidhinder, paragraaf ‘Berekenen van geluidhinder’. Deze  pagina geeft extra informatie over de blootstelling effect relaties.

Blootstelling aan geluid van weg-, vlieg- en railverkeer

In 2000 hebben Miedema & Oudshoorn blootstelling-effect relaties gerapporteerd voor de associatie tussen de blootstelling aan geluid van weg-, vlieg- en railverkeer en hinder. Hiervoor zijn de gegevens gebruikt van vragenlijstonderzoeken die in Europa, Noord-Amerika en Australië in de periode 1965-1994 zijn uitgevoerd. In 2001 werd een update van de relaties gepresenteerd (Miedema, 2001). Voor de update werden meer geavanceerde statistische modellen gebruikt en werd de blootstelling aan geluid uitgedrukt in Lden. De relaties werden in formulevorm gepresenteerd, waarbij het percentage ernstige hinder bij 42 dB decibel (decibel) (Lden) door nul werd geforceerd (drempelwaarde van 42 dB Lden). Ook onder dit niveau kan sprake zijn van ernstige hinder (Dusseldorp et al., 2011). Dit zal echter slechts een klein deel van de bevolking zijn. In 2002, werden de relaties in het kader van de EU Europese Unie (Europese Unie)-richtlijn Omgevingslawaai aanbevolen om het aantal (ernstig) gehinderde personen te bepalen (EC European Commission (European Commission), 2002). Daarnaast worden de relaties ook vaak gebruikt door instanties als de Wereld Gezondheid Organisatie (WHO World Health Organization (World Health Organization)) en het Europese Milieu Agentschap (EEA) (World Health Organization, 2011; European Environment Agency, 2010).

Verschillende onderzoekers suggereerden dat de relatie tussen geluid van vliegverkeer in de loop van de tijd ‘steiler’ is geworden. Met andere woorden: er werd in recentere studies meer ernstige hinder gemeten bij gelijke geluidsniveaus. De voor de EU-richtlijn aanbevolen relatie zou bovendien niet de meest recente studies bevatten. In 2009 is er daarom een update van de relatie tussen geluid van vliegverkeer en hinder verschenen. Daarin werden ook meer recente studies (uitgevoerd na 1995) meegenomen (Janssen & Vos, 2009).

Onlangs heeft de WHO nieuwe gezondheidskundige richtlijnen voor geluid opgesteld. Deze zijn gebaseerd op de nieuwste wetenschappelijke inzichten, die samengevat zijn in een aantal evidence reviews. Eind 2017 is de review voor omgevingsgeluid en hinder gepubliceerd (Guski et al., 2017). In de review worden onder andere nieuwe blootstelling-effect relaties gegeven voor de blootstelling aan geluid van weg-, vlieg- en railverkeer. Voor geluid van wegverkeer en ernstige hinder, ondersteunt de review van Guski et al.de bevindingen van Miedema. De door Guski et al. afgeleide relatie voor geluid van vliegverkeer en ernstige hinder is vergelijkbaar met de relatie afgeleid door Janssen et al. (2009). De nieuwe relatie voor geluid van railverkeer en ernstige hinder ligt hoger dan de relatie die is afgeleid door Miedema.

Figuur a: Vergelijking blootstelling-effect relaties vliegverkeer WHO 2017 met Miedema en Oudshoorn, 2001 en Janssen en Vos, 2009 (Guski et al., 2017).

Figuur b: Vergelijking blootstelling-effect relaties railverkeer WHO 2017 met Miedema en Oudshoorn, 2001 en Janssen en Vos, 2009 (Guski et al., 2017).

De hogere aantallen ernstig gehinderden ten opzichte van de Miedema-curves zijn gevonden voor zowel luchthavens waar onlangs een grote verandering had plaatsgevonden (zoals meer vluchten, extra landings/startbaan etc.) als voor luchthavens zonder een grote verandering, al is het aantal gehinderden rond luchthavens met een grote verandering aanzienlijk hoger (Figuur c.).

Figuur c: Vergelijking blootstelling-effect relaties vliegverkeer rond luchthavens met recente grote verandering en luchthavens zonder verandering met blootstelling-effect relatie Miedema en Oudshoorn, 2001 (Guski et al., 2017) .

De blootstelling-effect relatie voor wegverkeer (zonder de Alpine/Asian studies) valt binnen de betrouwbaarheidsintervallen van de relatie van Miedema, met uitzondering van geluidsniveaus boven de 70 dB Lden. Zie Figuur d.

Figuur 1d: Vergelijking blootstelling-effect relaties wegverkeer WHO 2017 met Miedema en Oudshoorn 2001 (Guski et al., 2017).

In de review is ook gekeken naar het effect van blootstelling aan meerdere bronnen. Helaas zijn er niet genoeg studies naar gecombineerde blootstelling om blootstelling-effect relaties te kunnen afleiden. De aanwezige gegevens lijken te wijzen op het belang van de dominante bron, als gekeken wordt naar hinder. 

  • Dusseldorp A., Houthuijs D., van Overveld A., van Kamp I., Marra M. (2011). Handreiking geluidhinder wegverkeer – Berekenen en meten, RIVM, Bilthoven. RIVM rapportnummer 609300020.
  • European Commission (2002). Position paper on dose response relationships between transportation noise and annoyance. Office for Official Publications of the European Communities: Luxembourg.
  • European Environmental Agency (2010). Good practice guide on noise exposure and potential health effects, European Environmental Agency, Kopenhagen.
  • Guski R., Schreckenberg D., Schuemer R. (2017). WHO World Health Organization (World Health Organization) Environmental Noise Guidelines for the European Region: A Systematic Review on Environmental Noise and Annoyance. International Journal of Environmental Research and Public Health, 2017, 14, 1539.
  • Janssen S.A., Vos H. (2009). A comparison of recent surveys to aircraft noise exposure response relationships TNO report TNO-034-DTM-2009-01799. Delft, the Netherlands.
  • Miedema H.M.E., Oudshoorn C.G.M. (2001). Annoyance from transportation noise: Relationships with exposure metrics DNL en DENL and their confidence intervals. Environmental Health Perspectives. 109(4): 409-16.
  • WHO (2018). Environmental Noise Guidelines for the European Region. WHO, Kopenhagen.