25 jaar geleden ging het bevolkingsonderzoek borstkanker van start. Hoe zag het onderzoek er toen uit? Wat was er nodig om alles te organiseren? En wat is er sindsdien veranderd? In de tijdlijn hieronder vindt u de belangrijkste mijlpalen en enkele interviews met betrokken personen. Van de eerste proefonderzoeken tot en met de volledige digitalisering: een kwarteeuw bevolkingsonderzoek in woord en beeld.
Nederland maakt op kleine schaal kennis met borstkankerscreening in Utrecht en Nijmegen. In deze steden starten in 1974 en 1975 twee proefbevolkingsonderzoeken.
Lees verderDe Gezondheidsraad adviseert positief over de invoering van een bevolkingsonderzoek naar borstkanker. Het ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur geeft de Ziekenfondsraad opdracht om de voorbereidingen te starten.
Lees verderIn 1990 start de landelijke invoering van het bevolkingsonderzoek borstkanker. Eind 1997 is de implementatie voltooid en heeft iedere vrouw van 50 tot en met 70 jaar minstens eenmaal een uitnodiging ontvangen.
Lees verder1990
De eerste verplaatsbare screeningsunits waren 'semi-mobiel'. Ze konden wel worden verplaatst maar daar moest een hijskraan aan te pas komen. Begin jaren '90 introduceert het bevolkingsonderzoek verrijdbare screeningsunits die aan een vrachtauto kunnen worden gekoppeld.
Lees verder1993
Floppy’s met cliëntgegevens behoren tot het verleden. Het bevolkingsonderzoek borstkanker wordt aangesloten op de Gemeentelijke basisadministratie (GBA), tegenwoordig de Basisregistratie personen (BRP). Voortaan ontvangen de screeningsorganisaties alle benodigde adresgegevens via een netwerkverbinding.
1996
Ook vrouwen van 70 tot en met 75 jaar krijgen voortaan een uitnodiging voor een tweejaarlijkse borstscreening. De Gezondheidsraad is voorzichtig in zijn advies. Er is namelijk nog maar weinig onderzoek gedaan naar deze doelgroep.
Lees verder1998
Vanaf de start worden de kwaliteit en de effecten van het bevolkingsonderzoek bewaakt. Dat gebeurt door twee organisaties: het LRCB en het LETB. In 2002 publiceren zij een onderzoeksrapport dat aanleiding geeft tot enkele belangrijke verbeteringen.
Lees verder2002
De regie van het bevolkingsonderzoek komt in handen van het RIVM. De uitvoering wordt verzorgd door regionale screeningsorganisaties. Twee jaar later introduceert het RIVM een woordmerk waaraan alle bevolkingsonderzoeken te herkennen zijn.
2006
De bevolkingsonderzoeken naar borstkanker en baarmoederhalskanker worden verzorgd door 19 screeningsorganisaties. Het ministerie van VWS geeft opdracht om ze te fuseren. 1 januari 2010 is de officiële startdatum van 5 nieuwe regionale screeningsorganisaties.
2010
Tot 2008 werden borstfoto’s vastgelegd op analoge film. Het ontwikkelen gebeurde nog met chemicaliën. En er waren veel koeriers nodig om alle foto’s op te halen uit het archief of te bezorgen in ziekenhuizen. Het project DigiBOB bracht daar verandering in: voortaan werden de foto’s digitaal genomen, opgeslagen en verspreid.
Lees meer2010
In 2012 worden voor het eerst meer dan 1 miljoen borstscreeningen per jaar uitgevoerd. In totaal gaat het sinds 1990 om bijna 20 miljoen screeningen.
Lees meer2012
Ook de gegevensuitwisseling tussen ziekenhuizen verloopt digitaal. Screeningsorganisaties kunnen borstfoto’s en screeningsverslagen naar ziekenhuizen verzenden via een beveiligde internetverbinding.
Lees meer2014
Wegen de voordelen van het bevolkingsonderzoek nog steeds op tegen de nadelen? Op verzoek van de minister van VWS maakt de Gezondheidsraad af en toe de balans op. In 2014 stelt de Gezondheidsraad vast dat het bevolkingsonderzoek loont en er geen redenen zijn om het bevolkingsonderzoek te beëindigen.
Lees meer2014
Het bevolkingsonderzoek borstkanker bestaat 25 jaar. Een speciale herdenkingsmunt heeft een belangrijke succesfactor als thema: samenwerking. Dit wordt gesymboliseerd door verschillende radertjes die elkaar laten draaien.
Lees meer2015