De meest recente lijst van bedrijven die vallen onder het Besluit Risico’s Zware Ongevallen (BRZO (Besluit risicos zware ongevallen)) is te vinden op de site van het Landelijk regieteam BRZO (LAT BRZO). Tot 2010 verzorgde het RIVM Centrum Externe Veiligheid de actualisatie van deze lijst.
Een overzicht van BRZO (Besluit risicos zware ongevallen)-plichtige bedrijven is te vinden op de op de website van BRZO+. Op 1 januari 2014 is het programma ‘BRZO+' van start gegaan. BRZO+ volgt het programma LAT Risicobeheersing Bedrijven op. 2014 Is een overgangsjaar. Voor het samenstellen van deze lijst wordt geput uit de Inspectieruimte van BRZO+.
Welke bedrijven vallen onder het Besluit Risico’s Zware Ongevallen?
Bedrijven in Nederland met een bepaalde hoeveelheid gevaarlijke stoffen vallen onder de werking van het BRZO. Het besluit beschrijft voor diverse gevaarlijke stoffen en stofcategorieën een hoge en een lage drempelwaarde voor stofhoeveelheden.
Als een bedrijf met zijn stofhoeveelheden de lage drempel overschrijdt, dient het een kennisgeving in te dienen en te beschikken over een veiligheidsbeheerssysteem en een zogenaamd Preventie Beleid Zware Ongevallen (PBZO (Beleid Zware Ongevallen)). Dit soort bedrijven worden PBZO-bedrijven genoemd. Bij overschrijding van de hoge drempel is een bedrijf daarnaast verplicht een veiligheidsrapport (VR (verwaarloosbaar risico)) te maken voor het bevoegd gezag (de gemeente of de provincie). Een dergelijk bedrijf heet een VR-bedrijf.
Achtergrond
Het Besluit risico's zware ongevallen 1999 is de Nederlandse implementatie van de Europese Seveso II-richtlijn. Het BRZO integreert wet- en regelgeving op het gebied van arbeidsveiligheid, externe veiligheid en rampbestrijding in één juridisch kader. Doelstelling is het voorkomen en beheersen van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn. Het BRZO stelt hiertoe eisen aan de meest risicovolle bedrijven in Nederland. Daarnaast wordt in het besluit de wijze waarop de overheid daarop moet toezien geregeld.