
Antibioticaresistentie in Nederland is de afgelopen jaren stabiel gebleven voor de meeste middelen en het gebruik van antibiotica is iets afgenomen. Toch is er reden voor zorg. Steeds meer bacteriën die bij mensen infecties kunnen veroorzaken, blijken resistent tegen antibiotica die als laatste redmiddel gebruikt worden. Dat betekent dat de keuze voor een antibioticum dat goed werkt steeds moeilijker wordt. Dit blijkt uit de jaarlijkse rapportage NethMap (Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands)/MARAN (Monitoring of antimicrobial resistance and antibiotic usage in animals in the Netherlands). Het gebruik van antibiotica in dieren is, na jaren van forse daling, in 2014 nauwelijks nog afgenomen.
Gebruik antibiotica
Voor het derde achtereenvolgende jaar is het gebruik van
antibiotica in Nederland in de huisartsenpraktijk afgenomen. Het
gebruik daalde de afgelopen jaren van 11.37 DDD (defined daily doses)/1000 inwoners in 2011 naar
10.54 DDD/1000
in 2014 (DDD staat voor
standaard dagdosering). In Nederlandse ziekenhuizen is het totale
gebruik licht gestegen, van 71,3 DDD/100 patiëntdagen in 2012
naar 74.7 DDD/100 patiëntdagen in 2013.
Gebruik 'laatste redmiddelen' neemt toe
In 2014 zijn de resistentiepercentages voor de meeste
antibiotica niet toegenomen. Toch bestaat de zorg dat er steeds
meer bacteriën resistent zullen worden. Juist van de middelen die
meer zijn gebruikt is de resistentie wél toegenomen. Zo wordt bij
kwetsbare patiënten in ziekenhuizen steeds vaker gebruik gemaakt
van carbapenems. Carbapenems behoren tot de 'laatste
redmiddelen'. Om de ontwikkeling van resistentie tegen te gaan,
moet het antibioticabeleid beter op de individuele patiënt en
infectie afgestemd worden. Van belang is dat zorgverleners
zorgvuldig omgaan met hygiëne- en infectiepreventiemaatregelen om
verspreiding van resistente bacteriën te voorkomen. (Zie ook in de
rechterkolom de animatie 'Hoe voorkom je verspreiding van
resistente bacteriën?'.)
Veterinaire sector
In 2014 vlakte de daling in gebruik van antibiotica in de veehouderij af, behalve in melkvee en vleeskuikens. In melkvee werd nog een duidelijke afname in gebruik gezien. In vleeskuikens nam het gebruik in 2014 toe, hoewel de daling in deze sector sinds 2009 nog steeds het grootst is van alle diersectoren. De voor de mens belangrijke cefalosporines en fluorchinolonen werden in de veehouderij nog slechts incidenteel gebruikt. Nieuw is dat ook het voorschrijfpatroon van antibiotica van dierenartsen in kaart is gebracht, waarmee monitoring en benchmarking van dierenartsen wordt gefaciliteerd. De vermindering in gebruik in dieren heeft bijgedragen aan een afname in resistentie in dieren en dierlijke producten. Ook een afname in het voorkomen van ESBL (Extended spectrum beta-lactamases)s is waargenomen, wat voor de mens belangrijk kan zijn omdat deze ESBL's ook infecties bij mensen kunnen veroorzaken. De afname in resistentie lijkt in 2014 af te vlakken. Om verdere reductie van het vóórkomen van ESBL's in de veehouderij te realiseren, is nader sectorspecifiek beleid nodig.
NethMap (Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands)/MARAN (Monitoring of antimicrobial resistance and antibiotic usage in animals in the Netherlands)-rapport
Het NethMap/MARAN-rapport is samengesteld door Stichting
Werkgroep Antibioticabeleid (SWAB), Centrum
Infectieziektebestrijding van het RIVM,
Central Veterinary Institute
(CVI (Central Veterinary Institute)),
onderdeel van Wageningen UR (university and research centre), de
Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit))
en de Stichting Diergeneesmiddelenautoriteit (SDa (Netherlands Veterinary Medicines Authority)).
NethMap verschijnt dit jaar voor de dertiende keer. Het is de
vierde keer dat deze humane gegevens uit de NethMap gezamenlijk
worden gepresenteerd met de veterinaire gegevens uit MARAN. MARAN
monitort gebruik van en resistentie tegen antibiotica in de
dierensector al sinds 1998.