Go to abstract

Samenvatting

Ten behoeve van het preventieve bodembeleid was onvoldoende duidelijk welke bijdrage diverse bronnen leveren aan diffuse bodembelasting. Doel van deze inventarisatie was beschikbare kennis over diffuse bodembelasting te bundelen en kennis-lacunes aan te geven. Nevendoel is het beschrijven van de huidige bodemkwaliteit en inzicht krijgen in de verwachte kwaliteitsontwikkeling van de bovengrond. Daarbij is onderscheid gemaakt in vier typen bodemgebruik: natuur/bos, landbouwgronden, infrastructuur en stedelijk gebied. Onder diffuse bodembelasting wordt belasting verstaan door bronnen die de bodem over een groter oppervlak belasten, met een -gezien het schaalnivo- min of meer homogene verdeling. Voor de bodem relevante prioritaire stoffen zijn: zware metalen en arseen, enkele bestrijdingsmiddelen, Cl-kws, Cl-aromaten, PAK, aromaten, fenolen, ftalaten en olie. Betrokken bronnen zijn: atmosferische depositie, dierlijke mest, kunstmest, zuiveringsslib, compost, baggerspecie, corrosie van roestvaststaal, dakgoten en straatmeubilair, uitloging van verduurzaamd hout en jachtsport. De belangrijkste bronnen met relevante stoffen zijn: atmosferische depositie (As, Hg, Cl-kws, Cl-aromaten en PAK) ; dierlijke mest (Cd, Cu, Ni, Zn en As) ; kunstmest (Cd, Cr, Ni en Hg) ; baggerspecie (Pb); corrosie (Zn) ; en uitloging van verduurzaamd hout (PAK). In bos- en natuur-gebieden voldoen momenteel de gehalten in de bodem over het algemeen aan de streefwaarden. In landbouwgronden worden in relatief veel gevallen streefwaarden overschreden voor Cu, enkele bestrijdingsmiddelen, chloorbenzenen en PAK. Langs infrastructuur en in (groot)stedelijk gebied treden overschrijdingen op van Pb, Cu, Zn en PAK. Voor een aantal stoffen is er nog geen beeld van de huidige kwaliteit.Naar verwachting worden in de toekomst (bij het huidige beleid en de geschatte belasting in 2000) de streefwaarden met name op landbouwgronden overschreden. Dit geldt voor de stoffen Cd, Pb, Cu, Zn, Cr, bestrijdingsmiddelen, trichlooretheen en een of enkele PAK. Voor bos/natuur wordt dit verwacht voor cadmium, lood, trichlooretheen, pentachloorfenol en meerdere PAK. Voor enkele stoffen (As, endosulfan, hexachloorbenzeen, 1,1,1-trichloorethaan en benzeen) is het huidige beleid waarschijnlijk voldoende om de bodemgehalten in bos/natuur en landbouwgronden beneden de streefwaarden te houden. Voor een groot aantal stoffen is nog onvoldoende bekend over de gevolgen van de bodembelasting voor de bodemkwaliteit. Aanbevolen wordt daarvoor ook modelberekeningen uit te voeren om de kwaliteitsontwikkeling van de bodem te kunnen schatten. Tevens is het gewenst het begrip kritische bodembelasting verder te ontwikkelen en in te vullen. Mede ter onderbouwing van berekeningen is de behoefte aan meetgegevens in verschillende bodemgebruikstypen en grondsoorten groot.

Abstract

The aim of this study was to support the policy on preventive soil protection with information on the diffuse (non-local) emissions to soil and the influence on future soil quality. This study is related to inventories on (potential) sources of local soil pollution (e.g. industrial areas, landfills, oil-storage tanks, public sewerage systems, pipelines, roads and motorways, railways etc.). The diffuse sources included in this study are: atmospheric deposition, manure, fertilizer, pesticides, purifying sludge, compost, dredging sludge, corrosion of metals, leaching of preserved wood and hunting. The study focused on heavy metals, some pesticides, chlorinated hydrocarbons, chlorinated aromatic hydrocarbons, polycyclic aromatic hydrocarbons, aromatic hydrocarbons and oil(products). A survey was made on present and future soil quality. Four types of land use were distinguished: nature conservation areas/forest, agricultural land, infrastructural and urban areas. Conclusions have been made on (1) the contribution of the different sources to the total emissions to the soil and on (2) the expected exceedance of pollutant target values in soil affected by emissions. Important sources of non-local emissions to soil are atmospheric deposition, manure, fertilizer, dredging sludge, corrosion and leaching of impregnated wood. To guard the soil quality in the future, the emissions of cadmium, lead, copper, zinc, chromium, pesticides, trichloroethylene, chlorinated phenols and PAHs will have to decrease. The present emissions of arsenic, endosulfan, HCB, 1,1,1-trichloroethane and benzene to soil are probably acceptable. For many other substances little is known about the influence of the present load on future soil quality. Therefore more calculations to estimate the development of soil quality are recommended. Also actualization and differentiation of the emission data needs more attention.

Resterend

Grootte
4.03MB