Informative Inventory Report 2021. Emissies van grootschalige luchtverontreiniging 1990-2019

Informative Inventory Report 2021. Emissies van grootschalige luchtverontreiniging 1990-2019

Go to abstract

Samenvatting

In 2019 is 6,4 kiloton minder ammoniak uitgestoten dan in 2018. Dit komt vooral door ontwikkelingen in de landbouw. Zo werden er minder melkvee en mestvarkens gehouden en kwamen er meer varkensstallen die minder ammoniak uitstoten. De totale ammoniak uitstoot van 123 kiloton in 2019 ligt onder het maximum van 128 kiloton dat op basis van EU-regelgeving voor Nederland geldt. Dit blijkt uit de definitieve inventarisatie tot 2019 van luchtverontreinigende emissies. De emissies van fijnstof zijn toegenomen. Dit komt doordat de uitstoot van het zogeheten condenseerbaar fijnstof in de Emissieregistratie is toegevoegd aan de hoeveelheid fijnstof (vaste deeltjes) uit houtstoot voor sfeerverwarming. Hierbij worden twee soorten fijnstof uitgestoten: de vaste stofdeeltjes, waaronder roet, en het condenseerbaar fijnstof. Deze nieuwe bron is met terugwerkende kracht toegevoegd vanaf 1990. Over de hele periode (1990-2019) blijft de fijnstofuitstoot overigens afnemen. De uitstoot van stikstofoxiden en zwaveldioxide daalden licht ten opzichte van 2018 met respectievelijk 6,5 en 2,0 kiloton. De emissies van beide stoffen liggen onder het vastgestelde maximum van respectievelijk 260 en 50 kiloton. De lagere uitstoot van stikstofoxiden komt onder andere door de strengere eisen aan de uitstoot door personenauto’s en vrachtverkeer. Ook zijn energiecentrales minder steenkool gaan gebruiken. Minder zwaveloxiden komt vooral doordat raffinaderijen steeds meer op gas stoken in plaats van op olie, met een schonere uitstoot (rookgasreiniging). Dit en meer staat in de zogeheten Informative Inventory Report rapportage (IIR) die het RIVM in samenwerking met diverse partnerinstituten jaarlijks op verzoek van het ministerie voor Infrastructuur en Waterstaat (IenW) opstelt. Nederland gebruikt de analyses om beleid te onderbouwen en om in internationaal verband te rapporteren over de ontwikkeling van de emissies en in hoeverre de emissies onder de afgesproken maximale hoeveelheden (emissieplafonds) blijven. De voorlopige emissiecijfers over 2019 zijn al in het najaar van 2020 gepubliceerd.

Abstract

Decrease in ammonia emissions; entire time series changed.
The emission factor for ammonia from low emission animal housing changed as studies/data has shown that they emit more ammonia than was taken into account before. Additionally, a statistical reanalysis of data from manure application has shown that the emission factor for applying manure to the soil was to high. Both changes led to a 4.0 Gg decrease of ammonia emissions in 1990 and a small increase of 0.5 Gg in 2018.

Compared to 2018 the ammonia emission decreased by 6.4 Gg. This decrease is mainly the result of decreasing animal numbers of cattle, pigs and laying hens and increasing use of low emission animal housing.

At 123.0 Gg in 2019, ammonia emissions are well below the maximum set by the European Union and the UNECE under the Gothenburg Protocol (both 128 Gg).

Decrease in non-methane volatile organic compounds.
Compared to 2018 the emissions of non-methane volatile organic compounds decreased by 4.3 Gg. This decrease is mainly the result of decreasing animal numbers in agriculture.

At 238.2 Gg in 2019, emissions of non-methane volatile organic compounds exceed the maximum set by the European Union (185 Gg) and the UNECE maximum under the Gothenburg Protocol (191 Gg).

Decrease in both nitrogen oxides and sulphur oxides.
The emissions of both nitrogen oxides and sulphur oxides decreased with respectively 13.6 and 2.1 Gg. For nitrogen oxides this is mainly a result of decreasing road traffic emissions due to ongoing implementation of the latest European Union regulations and a decrease in coal use for energy purposes.
The decrease of sulphur oxides is mainly a result of decreasing coal use for energy purposes.

Applying for adjustments.
For non-methane volatile organic compounds the Netherlands uses the approved adjustments on the emissions for compliance with the ceilings set by the European Union and the UNECE under the Gothenburg Protocol.
The Informative Inventory Report 2020 was drawn up by the RIVM and partner institutes, which collaborate to analyse and report emission data each year – an obligatory procedure for Member States. The analyses are used to support Dutch policy.

Uitgever

Instituut
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu

Overig

Grootte
14.687 kb