Lessons from the COVID-19 pandemic for Dutch climate policy

Lessons from the COVID-19 pandemic for Dutch climate policy

Go to abstract

Samenvatting

Door de COVID-19-pandemie is de openbare buitenruimte in Nederland anders gebruikt. Veel meer mensen zijn thuis gaan werken en hebben zich minder of met een ander vervoermiddel verplaatst. Ook zijn ze de omgeving meer gaan gebruiken om bijvoorbeeld te wandelen of te sporten. De meeste veranderingen zijn tijdelijk, maar sommige behoeften en gedrag blijven bestaan, zoals meer thuiswerken.

Deze ontwikkelingen raken aan het beleid van de overheid om klimaatverandering te verminderen. Want tijdens de pandemie zijn er minder broeikasgassen uitgestoten, was de lucht tijdelijk lokaal schoner en was er minder geluid van verkeer. Deze ervaringen bieden kansen en lessen om het Nederlands klimaatbeleid beter vorm te geven.

Het RIVM heeft de veranderingen in drie sectoren op een rij gezet en mogelijke lessen in kaart gebracht. Het gaat om thuiswerken, het gebruik van de omgeving, en mobiliteit; activiteiten die nauw met elkaar verbonden zijn.

Thuiswerken kan worden ingezet om de uitstoot van CO2 carbon dioxide (carbon dioxide) door verkeer te verlagen. Veel mensen willen in de toekomst thuis blijven werken en veel werkgevers vragen dit van hun medewerkers. Het hangt onder andere af van de mogelijkheden die de werkgever biedt in welke mate dat zal gebeuren. Verder hebben mensen die thuiswerkten meer gewandeld en gefietst en minder auto gereden.

Een groene leefomgeving verbetert de lichamelijke en geestelijke gezondheid, en mensen zijn zich hier tijdens de pandemie bewuster van geworden. Klimaatadaptatiemaatregelen om steeds meer groen en water in de leefomgeving aan te leggen kunnen dus helpen om de volksgezondheid te verbeteren. Het is belangrijk dat mensen in hun omgeving kunnen wandelen en sporten. Om drukte te voorkomen moet de omgeving logistiek slim in worden gericht voor een groter publiek. Daarnaast kan de omgeving toegankelijker worden gemaakt door wandelgebieden, goede fietspaden en parkeervoorzieningen aan te leggen.

Het herstel van de mobiliteit verschilt per sector: het gebruik van auto’s neemt sneller toe tot het niveau van voor de COVID-19-pandemie dan de terugkeer naar het openbaar vervoer. Vanwege het klimaatbeleid is aandacht nodig voor een veilig, toegankelijk en betaalbaar openbaar vervoer.

Abstract

The COVID-19 pandemic changed the way public outdoor spaces in the Netherlands are used. Many more people started working from home and reduced their travel or used a different means of transport. They also began using the environment more for activities like walking and exercising. Most of the changes have been temporary, but some needs and behaviors remain, such as working from home more often.

These developments affect the Dutch Government’s policy to limit climate change. During the pandemic, there were reduced greenhouse gas emissions, the air was temporarily cleaner and there was less noise from traffic. These experiences provide opportunities and lessons to give better shape to Dutch climate policy.

RIVM has outlined the changes in three sectors and identified possible lessons to be learned. These sectors were working from home, use of the environment, and mobility – activities that are closely connected.

Working from home presents an opportunity to reduce CO2 emissions from traffic. Many people want to continue working from home in the future, and many employers are asking their employees to do so. The extent to which this will happen depends on factors such as the options offered by the employer. People who worked from home also walked and cycled more, and travelled less by car.

A green living environment improves physical and mental health. People became more aware of this during the pandemic. Climate adaptation measures to add more greenery and water to the living environment can therefore help to improve public health. It is important that people are able to walk and exercise in their environment. To prevent crowding, the environment should be logistically well-designed for a larger public. In addition, the environment could be made more accessible by adding walking areas, good cycling paths and parking facilities.

Mobility recovery varied by sector, with car use increasing to preCOVID-19 pandemic levels faster than the return to public transport. Safe, accessible and affordable public transport is a key focus area in light of climate policy.

Uitgever

Instituut
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM

Resterend

Grootte
509 kb