- Publicatiedatum
- 21-02-2023
Relationship aircraft sound – annoyance and sleep disturbance 2020. Civil and military airports in the Netherlands
Relationship aircraft sound – annoyance and sleep disturbance 2020. Civil and military airports in the Netherlands
Samenvatting
Dit rapport bevat een erratum d.d. 02-06-2023 op pagina 106.
Het RIVM heeft bij omwonenden van 14 luchthavens onderzocht aan hoeveel geluid ze blootstaan en welke invloed dit had op de (mate van) hinder en slaapverstoring. De relatie tussen de blootstelling aan vliegtuiggeluid en de mate van hinder of slaapverstoring heet een blootstelling-responsrelatie (BR-relatie). De luchthavens waren Schiphol, Groningen, Rotterdam, Lelystad, Eindhoven en Maastricht en 8 militaire luchthavens.
In 2002 deed het RIVM al onderzoek om BR-relaties voor hinder en slaapverstoring te bepalen, maar toen alleen voor de luchthaven Schiphol. De BR-relaties van Schiphol werden daarna ook voor de andere luchthavens gebruikt. In het huidige onderzoek zijn de BR-relaties opnieuw bepaald op basis van gegevens uit 2020. Dit is voor elke luchthaven apart gedaan. De uitkomsten zijn vergeleken met de BR-relaties voor Schiphol uit 2002. Hieruit blijkt dat de blootstelling-respons relatie voor Schiphol uit 2002 geen goede beschrijving meer is voor de huidige relatie tussen vliegtuiggeluid en hinder en slaapverstoring rond Schiphol. Datzelfde geldt ook voor de beschrijving voor de regionale luchthavens. Meer omwonenden van vrijwel alle luchthavens ervaren bij dezelfde hoeveelheid geluid in 2020 ernstige hinder en ernstige slaapverstoring dan in 2002. Uit het onderzoek blijkt dat de relatie tussen de blootstelling aan vliegtuiggeluid en de mate van hinder of slaapverstoring per luchthaven anders is dan die van Schiphol en dat daarom per (regionale) luchthaven een eigen BR-relatie nodig is.
Het RIVM gebruikt voor dit onderzoek gegevens uit de Gezondheidsmonitor 2020 van de GGD (Gemeentelijke Gezondheidsdienst). Deze monitor gaat over hoe omwonenden hun gezondheid ervaren. De Gezondheidsmonitor vraagt niet naar andere omstandigheden dan de mate van hinder en slaapverstoring. Meer inzicht in deze omstandigheden is nodig om nauwkeuriger in beeld te brengen waardoor mensen gehinderd of slaapverstoord zijn. Voorbeelden zijn de houding van mensen ten opzichte van de luchthaven en de individuele gevoeligheid voor geluid.
De corona-epidemie heeft mogelijk invloed gehad op de resultaten van het onderzoek uit 2020. Bewoners van de gemeenten rond luchthavens hebben in 2020 meer ernstige hinder ervaren dan in 2016, terwijl er bij de meeste luchthavens minder is gevlogen. Een mogelijke verklaring is dat mensen vanwege de coronamaatregelen meer thuis werkten en daardoor meer of vaker vliegtuiggeluid hebben gehoord.
Het RIVM heeft dit keer ook een andere methode (spline-methode) gebruikt om een BR-relatie te maken. Deze methode is ingewikkelder om uit te voeren maar laat de relatie tussen de blootstelling en ervaren ernstige hinder preciezer zien.
Het RIVM beveelt aan vaker BR-relaties rondom luchthavens te updaten. Daarnaast beveelt het RIVM aan om voor elke luchthaven een eigen BR-relatie te gebruiken en deze in de toekomst met de spline-methode te bepalen.
Dit onderzoek is uitgevoerd als onderdeel van de Programmatische Aanpak Meten Vliegtuiggeluid (PAMV) in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW (Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat)).
Abstract
This report contains an erratum d.d. 02-06-2023 on page 106.
RIVM has carried out a study among persons living in the direct vicinity of 14 airports regarding the level of their exposure to noise and the effects in terms of annoyance and sleep disturbance. The relationship between exposure to aircraft noise and the degree of annoyance or sleep disturbance is known as an exposure-response (ER) relationship. The airports included in the study were Amsterdam Airport Schiphol, Groningen Airport Eelde, Rotterdam The Hague Airport, Lelystad Airport, Eindhoven Airport, Maastricht Aachen Airport and eight military airfields.
RIVM previously investigated ER relationships for annoyance and sleep disturbance in 2002, but that study was limited to Schiphol. The ER relationships established for Schiphol at that time were applied to other airports as well. This year’s study established new ER relationships for each airport individually, based on data from 2020. The newly established ER relationships were compared to the ER relationships for Schiphol from 2002. This shows that the exposure-response relationship for Schiphol from 2002 is no longer a good description for the current relationship between aircraft noise and annoyance and sleep disturbance around Schiphol. The same applies to the description for regional airports. More people living near almost all airports experience severe annoyance and severe sleep disturbance in 2020 with the same amount of noise than in 2002. The research shows that the relationship between exposure to aircraft noise and the degree of annoyance or sleep disturbance per airport is different from that of Schiphol and that therefore a separate BR relationship is needed for each (regional) airport.
For this study, RIVM used data from the 2020 Municipal Public Health Service health monitor, in which persons living in the direct vicinity of airports rated their own health. The health monitor only included the degree of annoyance and sleep disturbance as factors. Further research is needed to gain a clearer understanding of what specifically causes annoyance or sleep disturbance in the ER relationship. Examples of such factors can include personal attitudes to airports and individual noise sensitivity.
The coronavirus pandemic may have influenced the results of the 2020 health monitor. Residents of municipalities in the direct vicinity of airports experienced a greater degree of annoyance in 2020 than in 2016, despite a decline in flights at most airports. A possible explanation is that more people worked from home due to the coronavirus measures and were therefore exposed more frequent or to more or aircraft noise.
In the present study RIVM used a different method, the spline method, to establish ER relationships. The spline method is more complicated to use but yields more accurate results regarding the relationship between aircraft noise exposure and severe annoyance.
RIVM recommends updating the ER relationships for airports more regularly. It also recommends establishing an ER relationship for each airport individually, using the spline method.
This study was carried out on behalf of the Dutch Ministry of Infrastructure and Water Management as part of the Program-Based Approach to Measuring Aircraft Noise (Programmatische Aanpak Meten Vliegtuiggeluid, PAMV).
Uitgever
- Instituut
- Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM
Overig
- Grootte
- 2591 kb