Current status of Dutch drinking water sources

Current status of Dutch drinking water sources

Go to abstract

Samenvatting

In Nederland wordt drinkwater gemaakt van grond- en oppervlaktewater. Het RIVM heeft in kaart gebracht wat de kwaliteit van het water van deze bronnen is en hoeveel er beschikbaar is om drinkwater van te maken. Beleidsmakers van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) gebruiken de resultaten voor nieuw beleid. In meer dan de helft van de 216 winningen in Nederland zijn nu, of in de nabije toekomst, problemen met de waterkwaliteit of de beschikbare hoeveelheid. In 135 van de winningen worden namelijk stoffen gevonden die dit ongezuiverde water vervuilen. Door de droogte van de laatste jaren is het minder vanzelfsprekend geworden dat er in sommige seizoenen genoeg water is. Ook zorgt de droogte ervoor dat de concentraties vervuilende stoffen hoger zijn. Hierdoor moeten drinkwaterbedrijven meer doen om er schoon drinkwater van te maken. Waterschappen, provincies en gemeenten en de Rijksoverheid hebben de afgelopen jaren veel gedaan om de kwaliteit van de drinkwaterbronnen te verbeteren. Maar de kwaliteit is nog niet zoals gewenst en is de afgelopen jaren niet merkbaar verbeterd. Het doel is om met eenvoudige zuiveringstechnieken drinkwater uit de bronnen te kunnen maken. Het kost tijd voordat een maatregel een effect heeft. Dat is een van de redenen waarom de effecten van de genomen maatregelen nog niet zichtbaar zijn bij de drinkwaterbronnen. Daarnaast worden de effecten niet op dezelfde manier gemonitord en vastgelegd als de gegevens over de waterwinningen. Meer zicht krijgen op de effecten is belangrijk om op tijd extra maatregelen te kunnen nemen als dit nodig is. Daarnaast is meer duidelijkheid nodig tussen de landelijke en decentrale overheden wie waarvoor verantwoordelijk is en wat partijen van elkaar kunnen verwachten. Zij hebben een belangrijke taak om de waterkwaliteit voor de toekomst veilig te stellen.

Abstract

Drinking water in the Netherlands is made from groundwater and surface water. RIVM has evaluated the water quality of these sources and how much is available for the production of drinking water. Policy makers of the Dutch Ministry of Infrastructure and Water Management will use the results of this evaluation for new policy.

More than half of the 216 Dutch drinking water sources have or will have problems with water quality or quantity, currently or in the near future. Substances that pollute the raw water have been found in 135 drinking water sources. It has become less self-evident that there will be sufficient water in some seasons due to the increased drought of recent years. Concentrations of polluting substances might also increase due to droughts. The drinking water treatment facilities therefore have to put more effort into purifying the raw water.

Waterboards, provinces, municipalities and the Government have done much over the last few years to improve the quality of the drinking water sources. It is however not good enough and has not improved significantly in recent years. The goal is to produce drinking water from the sources with easy treatment technologies.

It takes time before the effect of measures can be seen. This is one of the reasons why the effects of the measures taken are not visible yet at the drinking water sources. Furthermore, the effects are not monitored and recorded in the same way as the data on water sources. A better understanding on the effects is important in order to take additional measures in a timely manner when necessary. In addition, more clarity is needed on the responsibilities of the national and regional governments, who is responsible for what, and what these parties can expect from each other. They have an important duty to secure the water quality for the future.

Uitgever

Instituut
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM

Resterend

Grootte
3922 kb