Go to abstract

Samenvatting

Een grensmassastroom is een maat die aangeeft welke hoeveelheid van een stof een bedrijf maximaal per uur mag uitstoten. Ze worden gebruikt bij de vergunningverlening voor emissies van stoffen. Het RIVM heeft onderzocht of de grensmassastromen bij de toelating van stoffen in de lucht voldoende beschermen tegen de risico's van zeer zorgwekkende stoffen. Het blijkt dat voor meer dan 99 procent van deze stoffen de bestaande grensmassastromen voldoende beschermen tegen schadelijke effecten. Bij de overige stoffen blijft de maximale overschrijding beperkt (minder dan een factor 10). Zeer zorgwekkende stoffen zijn onder andere kankerverwekkende stoffen en stoffen die slecht afbreken, ophopen in organismen en giftig zijn (persistent, bioaccumulerend en toxisch, oftewel PBT-stoffen). Voorbeelden van zeer zorgwekkende stoffen zijn het oplosmiddel benzeen of gebromeerde brandvertragers. Grensmassastromen worden gebruikt bij een eerste, eenvoudige beoordelingsstap voor de vergunningverlening van luchtemissies door bedrijven. Als de emissie van een bedrijf de grensmassastroom niet overschrijdt, is voor de vergunningverlening geen uitgebreide risicobeoordeling van deze emissie nodig. De bestaande grensmassastromen zijn tot nu toe vooral gebaseerd op de mate waarin zuiveringstechnieken in staat zijn een stof te verwijderen. Om te toetsen of de huidige grensmassastromen inzetbaar blijven onder de nieuwe Omgevingswet, is vanuit toxicologisch oogpunt onderzocht in hoeverre ze veilig kunnen worden gebruikt. Hiervoor is de toxiciteit van zeer zorgwekkende stoffen vergeleken met de maximaal denkbare luchtconcentratie in de leefomgeving op basis van de bestaande grenswaarden. Omdat de gebruikte schattingen vanuit worst-case-situaties zijn berekend, worden negatieve effecten niet waarschijnlijk geacht.

Abstract

A mass flow limit is a maximum amount of substance that is allowed to be emitted by an enterprise. They are used for permitting air emissions of substances. The RIVM has examined if they are protecting against the risks of substances of very high concern. The results have shown that for 99 percent of these substances the current mass flow limits are sufficiently protective against harmful effects. For the remaining substances the maximum exceedance is limited (less than a factor 10). Substances of very high concern are for example carcinogenic substances or substances that are very persistent, accumulate in organisms and toxic (also called PBT substances). Examples are the solvent benzene and brominated flame retardants. Mass flow limits are used in a first (simple) tier for the permission of air emissions by enterprises. When the emissions don't exceed the mass flow limit, a more extensive second tier assessment of the risks of the air emissions is not necessary. Currently, the existing mass flow limits are based on the achievability of cleaning technologies. In order to be able to use the current mass flow limits under the new Dutch Environment Planning Act, it has been examined if they are safe from a toxicological point of view. For this, the toxicity of substances of very high concern has been compared with an estimated worst-case air concentration based on the current mass flow limits. Because of the worst-case approach, negative effects are not expected.

Resterend

Grootte
488KB