In deze video wordt er bijgepraat over de verschillende varianten van het coronavirus.

DIRK EGGINK, VIROLOOG: 'We zien verschillende omikronvarianten van het coronavirus in Nederland momenteel. Wat zijn zulke subvarianten van omikron? En kunnen we voorspellen welke subvariant in Nederland dominant gaat worden deze winter? Er zijn daarvoor verschillende scenario's.'

BEELDTEKST: Varianten en subvarianten van het coronavirus #Bijpraten. Wat is het verschil tussen een variant en een subvariant?

DIRK EGGING: 'Elke keer als een virus zich vermenigvuldigt kunnen er kleine veranderingen ontstaan in het erfelijk materiaal van het virus. Zulke variaties kunnen mogelijk leiden tot veranderde eigenschappen van het virus. Hierbij kun je denken dat het virus mogelijk besmettelijker wordt of dat het makkelijker de bestaande afweer van de mens kan omzeilen. Als deze varianten zich verder ontwikkelen, doordat er nog meer veranderingen in het erfelijk materiaal van het virus ontstaan, spreek je van subvarianten.'

BEELDTEKST: Verschillen de omikron-subvarianten van elkaar?

DIRK EGGING: 'Sinds eind vorig jaar is de omikronvariant dominant in Nederland. Dat wil zeggen dat nagenoeg alle infecties in Nederland veroorzaakt worden door een omikronvariant van het coronavirus. Er bestaan vijf subvarianten van deze omikronvariant. Deze noemen we BA.1 tot en met BA.5. Eerst was BA.1 dominant, opgevolgd door BA.2 en later BA.5. Inmiddels zijn er verschillende varianten op deze subvarianten ontstaan. Je zou het sub-subvarianten kunnen noemen. Het opvallende is dat veel van deze sub-subvarianten vergelijkbare veranderingen in het erfelijk materiaal hebben opgenomen. Daardoor zijn de eigenschappen van deze varianten best wel vergelijkbaar. Deze veranderingen hebben vaak effect op de gevoeligheid voor vaccins of voor afweer, opgewekt door een eerdere infectie.'

BEELDTEKST: Welke virusvariant gaat de komende tijd voor de meeste coronabesmettingen zorgen in Nederland?

DIRK EGGING: 'Welke variant of subvariant van het coronavirus deze winter dominant wordt en voor de meeste besmettingen gaat zorgen is lastig te voorspellen. Daarbij zijn drie scenario's het meest waarschijnlijk. Het eerste scenario is vergelijkbaar met overgangen van varianten zoals we die eerder hebben gezien. Denk aan de overgang van de alfa- naar de deltavariant, vorig jaar zomer, of van de delta- naar de omikronvariant, zoals we die vorig jaar winter zagen. Hierbij neemt een nieuwe variant het duidelijk over van de eerdere variant. Het tweede scenario is de aanwezigheid van meerdere subvarianten met vergelijkbare eigenschappen. Dit zouden subvarianten van de omikronvariant zijn die tegelijkertijd aanwezig zijn en voor infectie zorgen. Het derde scenario is een scenario waarbij een tot op heden onbekende variant aanwezig zal zijn en voor infectie zal zorgen. Veel mensen hebben zich laten vaccineren. Daarnaast hebben veel mensen afweer opgebouwd door een eerdere corona-infectie. Ondanks dat deze nieuwe varianten en subvarianten van het coronavirus deze afweer iets makkelijker omzeilen, helpt de bestaande afweer nog steeds tegen ernstige ziekte en bijvoorbeeld ziekenhuisopname.'

BEELDTEKST: Logo Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Rivm.nl/covid19. © RIVM november 2022. De zorg voor morgen begint vandaag.