We omgeven onszelf steeds meer met plastics in allerlei soorten en vormen. Tegelijkertijd maken we ons steeds meer zorgen over de mogelijke gevolgen voor mens en milieu van de groeiende berg plastic.

Wat zijn die gevolgen, en wat is nodig om te zorgen dat plastics ons leefmilieu niet onherstelbaar beschadigen? Zeker is:

  • Plastics hebben hun nut bewezen, maar de zorgen over mogelijke schadelijke effecten op mens en milieu nemen toe;
  • Er bestaan nog vele misverstanden over de plastics-problematiek;
  • Plastics hebben vaak weinig waarde nadat ze zijn gebruikt;
  • We kunnen allemaal helpen om de effecten van plastics op mens en milieu te verminderen.

 

Plastics zijn kunststoffen die bestaan uit lange molecuulketens (polymeren) die vooral uit de petrochemische industrie komen. De meest geproduceerde plastics zijn polypropyleen (bv. drinkrietjes), polyvinylchloride (bv. bouwmaterialen), polyethyleen (bv. plastic tasjes) en polystyreen (bv. wegwerpbekers/frietbakjes). Microplastics zijn kleiner dan 5 millimeter6. Plastics kleiner dan 0.1 micrometer (100 nanometer) worden ook vaak nanoplastics genoemd. Microplastics komen rechtstreeks in het milieu terecht, of doordat grotere stukken plastic verweren. Het duurt tientallen jaren voordat grotere stukken plastic tot microplastics zijn verweerd. Als vuistregel geldt: hoe kleiner een deeltje, des te gemakkelijker mens en dier het opnemen.

Overal zijn plastics

Plastics zijn werkelijk overal. Of het nou om harde kunststoffen gaat zoals in het dash­board van je auto of in je mobiele telefoon, of om zachte plastics zoals de plastic boodschap­pentas, de drinkrietjes, of het plastic om groenten in de supermarkt. Voor sommige toepassingen zijn er (nog) geen gelijk­waardige vervangingen. Bijvoorbeeld in specifieke woningisolatie en in allerlei medische toepassingen, zoals onderzoeks­handschoenen en steriele spuiten, en in bloedzakken en hart­klep­pen. Verder maken innovaties steeds meer nieuwe toepassingen mogelijk, zoals een hart van kunststof, bacterieresistente kunststoffen, of lichaamsdelen die in een 3D-printer worden geprint.

Grote hoeveelheden

Voor veel toepassingen geldt dat plastics goedkoop zijn en in enorme hoeveelheden te produceren. Naar schatting wordt wereldwijd per jaar meer dan 400 miljoen ton plastic geproduceerd, waarvan de helft binnen 4 jaar weer afval wordt. Sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw, toen de grootschalige productie op gang kwam, is meer dan 8 miljard ton geproduceerd. Meer dan 6 miljard ton van deze productie is inmiddels weggegooid. Daarvan is 79% op vuilnishopen of in de natuur beland, terwijl 12% is verbrand is1. Slechts 9% is gerecycled. Plastic heeft nu nog eenmaal weinig waarde als je het hebt gebruikt.

Discussie over schadelijkheid plastic voor milieu

Er is veel discussie over het gebruik van wegwerp plastics. In Nederland zijn wegwerp plastic draagtassen verboden. Deze maatregel is onder andere genomen omdat plastic wegwerptassen in het milieu terechtkomen en daar ‘verwaaien’. Hierdoor komen ze op plaatsen terecht waar we ze niet willen hebben, zoals in natuurgebieden. Plastic tasjes werden vaak eenmalig gebruikt in supermarkten. Het is de bedoeling dat ze worden vervangen door milieuvriendelijkere materialen. Toch blijkt uit Deens onderzoek2 dat de aanschaf van een (milieuvriendelijke) katoenen tas slechter voor het milieu kan zijn, afhankelijk van hoe vaak je de tas gebruikt.

Zorgen over plastics

Er zijn nog veel vragen over de effecten van deze plastics op water- en bodem­organismen. Ook is nog grotendeels onbekend of plastics effecten hebben op de gezondheid van de mens. Wél weten we dat plastics slecht afbreekbaar (persistent) zijn in het milieu en dat het tientallen jaren (en wellicht zelfs langer) duurt voordat een wegwerp plastic tas of een plastic drinkflesje verweerd is. Bovendien worden bij deze verwering kleinere plasticdeeltjes gevormd die schadelijker zijn dan de oorspronkelijke plastics. Ook blijkt bio afbreekbare plastics nog geen veilig alternatief te zijn voor de gangbare plastics.

Door de enorme hoeveelheden plastics die in omloop zijn, en de onzekerheden over hun veilig­heid voor mens en milieu, maken steeds meer mensen zich zorgen. We willen geen persistente stoffen in het milieu. En geen plastics in ons eten of drinken. Zowel overheden als allerlei belangen­organi­saties pleiten ervoor het gebruik van plastics te verminderen en het te vervangen door milieuvriendelijker alternatieven. Op Europees niveau wordt er bijvoorbeeld gewerkt aan de zoge­naamde restrictie voor het gebruik van microplastics in producten die in Europa op de markt worden gebracht. Hierdoor zou de komende 20 jaar3 500,000 ton minder micro­plastics worden uitgestoten, oftewel minder dan 4 procent van het totale gebruik in Europa. Nederland wil een veilig en duurzaam gebruik van plastics bereiken. Door meer te hergebruiken in de circulaire economie en door plastics alleen te gebruiken als het niet anders kan.

Enkele van de onduidelijkheden over plastics in het milieu zijn in het kader “Misverstanden over de plastic soep” samengevat. Tot nu toe werd aangenomen dat microplastics te groot zijn om door planten te worden opgenomen en zo in ons voedsel terechtkomen. Het idee was dat ze niet door de poriën van plantenwortels kunnen dringen. Maar dat blijkt wel te kunnen (in ieder geval bij sla en tarwe)5 (zie afbeelding).

Polystyreen microplastics (grootte 2 µ) in de wortels (xyleem) van een tarweplant5.

Onderzoekers zijn het niet eens over de gevolgen van plastics in het milieu: milieueffecten zijn mogelijk maar deze effecten zijn pas te zien bij (irrealistisch) hoge gehaltes aan plastics. Er zou dan in 2100 sprake zijn van duidelijk waarneembare effecten op het ecosysteem in de oceanen4.

Misverstanden over plastics in het milieu

De misverstanden over plastics in het milieu leiden de aandacht af van wat nodig is om het probleem bij de bron aan te pakken. Daarnaast zorgen enkele mythes voor acties die een druppel op een gloeiende plaat zijn:

  1. Plastics zijn voornamelijk een waterprobleem. Dit is onjuist: de meeste plastic vervuiling is op de landbodem. In Europa en Noord-Amerika is dat per jaar meer dan 800.000 ton op de landbodem, terwijl wereldwijd in de oceanen ruwweg 300.000 ton terechtkomt.
  2. In de oceanen drijven eilanden van ‘plastic soep’ rond. Dit is niet zo. Dit soort eilanden bestaan niet. Slechts ruwweg 1 procent van alle plastics in de oceanen drijft, de rest zit dieper in de oceanen of ligt zelfs op de bodem. Acties zoals het Ocean clean up-project hebben dan ook voornamelijk een symbolische waarde omdat ze de bestaande plastic vervuiling niet opruimen.
  3. Alleen de natuur heeft last van plastic vervuiling. Dit is niet zo. Toeristen recreëren tussen plastic afval op het strand, vissers hebben last van plastic in hun vangst, en watergangen kunnen dichtslibben door plastic afval.
  4. Bio afbreekbare plastics zijn de oplossing. Dit is helaas nog niet zo. De omstandigheden in het milieu zijn slecht voor de afbraak van bio afbreekbare plastics. Bovendien zijn die plastics niet volledig afbreekbaar. De technologie om bio afbreekbare plastics te maken is in ontwikkeling en ook standaardisatie voor dergelijke plastics.

Samenvattend

De grote vraag is of de voordelen van plastics opwegen tegen de nadelen (moeilijk afbreekbare vervuiling met verwachte impact op mens en milieu). Een antwoord op deze vraag is niet per se nodig om plastics aan te pakken. Het wordt namelijk steeds duidelijker dat we de komende generaties niet moeten opzadelen met stoffen die moeilijk afbreken. Die hebben we in een zulke grote hoeveelheden geproduceerd dat ze effect op mens en milieu kunnen hebben. Het is moeilijk om plastics helemaal te vermijden. Duidelijk is dat iedereen kan helpen om de hoeveelheid zo klein mogelijk te maken. Vooral door zorgvuldig met plastics om te gaan en ze alleen te gebruiken als het echt noodzakelijk is. Hierbij moet goed worden overwogen of de alternatieven milieuvriendelijker zijn.

Geschreven door Willie Peijnenburg.

Gebaseerd op: W. Peijnenburg. Plastics in onze leefomgeving – hoe zit dat? Bodem-Tijdschrift voor Duurzaam Bodembeheer 2020: 30 (5): 12-3.

Referenties

  1. https://www.scientias.nl/we-al-zon-83-miljard-ton-plastic-gemaakt/
  2. https://orbit.dtu.dk/en/publications/life-cycle-assessment-of-grocery-carrier-bags 
  3. https://echa.europa.eu/hot-topics/microplastics
  4. G. Everaert, L.  Van Cauwenberghe, M. De Rijcke, A. Koelmans, J. Mees, M. Vandegehuchte, C. Janssen. Risk assessment of microplastics in the ocean:  Modelling approach and first conclusions. Environmental Pollution 2018; 242:1930-8
  5. L. Li, Y. Luo, R. Li, Q. Zhou, W. Peijnenburg, N. Yin, J. Yang, C. Tu, Y. Zhang. Effective uptake of submicrometre plastics by crop plants via a crack-entry mode. Nature Sustain 2020; 3:929-37
  6. https://www.rivm.nl/microplastics